ECLI:NL:RBOVE:2025:4720

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
15 juli 2025
Publicatiedatum
16 juli 2025
Zaaknummer
11527260 \ CV EXPL 25-198
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van retourkosten en buitengerechtelijke incassokosten na retour van stellingen wegens slechte kwaliteit

In deze zaak heeft Benem, een vennootschap onder firma, stellingen gekocht van 123Magazijninrichting. Na ontvangst van de stellingen heeft Benem geklaagd over de slechte kwaliteit en deze in overleg met 123Magazijninrichting geretourneerd. Benem vordert betaling van de retourkosten en buitengerechtelijke incassokosten, maar 123Magazijninrichting is het daar niet mee eens. De kantonrechter heeft de vorderingen van Benem grotendeels toegewezen. De procedure omvatte een mondelinge behandeling op 17 juni 2025, waarna het vonnis op 15 juli 2025 werd uitgesproken. De kantonrechter oordeelde dat 123Magazijninrichting in verzuim was met betrekking tot het ophalen van de stellingen en dat de retourkosten voor rekening van 123Magazijninrichting komen. De kantonrechter heeft de vordering tot betaling van de retourkosten toegewezen, maar de gevorderde btw niet. Daarnaast zijn de buitengerechtelijke incassokosten toegewezen, omdat 123Magazijninrichting te laat had betaald. De wettelijke rente over de retourkosten en de buitengerechtelijke incassokosten is ook toegewezen. Tot slot is 123Magazijninrichting veroordeeld in de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 11527260 \ CV EXPL 25-198
Vonnis van 15 juli 2025
in de zaak van
de vennootschap onder firma
BENEM,
te Alphen aan den Rijn ,
eisende partij,
hierna te noemen: Benem ,
procederend zonder gemachtigde,
tegen
123MAGAZIJNINRICHTING.NL B.V.,
te Wierden,
gedaagde partij,
hierna te noemen: 123Magazijninrichting,
procederend zonder gemachtigde.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de brief waarin is meegedeeld dat een mondelinge behandeling is bepaald
- het bericht van eiser met aanvullende productie
- de mondelinge behandeling van 17 juni 2025.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De samenvatting

Benem heeft een aantal stellingen gekocht van 123Magazijninrichting, maar heeft die, in overleg met 123Magazijninrichting, geretourneerd vanwege de slechte kwaliteit. Benem vordert onder meer betaling van de retourkosten en buitengerechtelijke incassokosten. 123Magazijninrichting is het daar niet mee eens. De kantonrechter wijst de vorderingen van Benem grotendeels toe. Hierna wordt uitgelegd waarom.

3.De feiten

3.1.
Benem heeft begin september 2024 stellingen gekocht bij 123Magazijninrichting. De stellingen zijn op 17 september 2024 geleverd. Daarvoor heeft 123Magazijninrichting € 2.238,50 (inclusief btw) voor de stellingen en € 114,95 (inclusief btw) voor de transportkosten aan Benem in rekening gebracht.
3.2.
Kort na de levering, op 19 september 2024, heeft Benem geklaagd over de slechte kwaliteit van de geleverde stellingen. Daarbij heeft Benem 123Magazijninrichting verzocht om de geleverde stellingen op te komen halen, en eventueel voor 26 september 2024 vervangende materialen te leveren. Anders zou Benem de stellingen ergens anders afnemen.
3.3.
Een dag later heeft Benem 123Magazijninrichting geïnformeerd dat zij de stellingen al ergens anders had gekocht, en heeft zij haar nogmaals verzocht om de geleverde stellingen op te komen halen.
3.4.
Op 25 september 2024 heeft 123Magazijninrichting Benem gevraagd om duidelijkheid over het crediteren van de order. Daarop heeft Benem herhaald dat de geleverde stellingen van slechte kwaliteit zijn en dat zij de stellingen al ergens anders had gekocht, met het verzoek om de stellingen op te komen halen.
3.5.
Vervolgens heeft Benem 123Magazijninrichting op vrijdag 27 september 2024 verzocht om de stellingen uiterlijk maandag 30 september 2024 op te komen halen. Indien Benem daar op die vrijdag geen bevestiging van zou krijgen, zou zij genoodzaakt zijn de geleverde stellingen zelf retour te sturen en zou zij de kosten aan haar doorberekenen.
3.6.
Op maandag 30 september 2024 hebben partijen telefonisch contact gehad, waarin is gesproken over de retourzending en de kosten daarvan. Op dezelfde dag heeft Benem een factuur van de retourkosten van € 191,42 (inclusief btw) naar 123Magazijninrichting gestuurd.
3.7.
Bij factuur van 17 oktober 2024 heeft 123Magazijninrichting de stellingkasten gecrediteerd tegen een bedrag van € 2.238,50 (inclusief btw). Daarop heeft Benem op 25 oktober 2024 zelf een factuur van de transportkosten (heen) naar 123Magazijninrichting gestuurd van € 114,95 (inclusief btw).
3.8.
Omdat 123Magazijninrichting nog niet had betaald, heeft Benem op 18 november 2024 een aanmaning naar 123Magazijninrichting gestuurd met het verzoek om uiterlijk 20 november 2024 de gehele vordering te betalen.
3.9. 123
Magazijninrichting heeft op 21 november 2024 gereageerd dat zij de stellingkasten en de transportkosten (heen) wel wil betalen, maar niet de door Benem in rekening gebrachte retourkosten. Daarna heeft Benem haar vordering uit handen gegeven aan een incassobureau.
3.10.
Uiteindelijk heeft 123Magazijninrichting de stellingkasten en de transportkosten (heen) op 20 december 2024 betaald.

4.Het geschil

4.1.
Primair vordert Benem :
I. 123Magazijninrichting te veroordelen tot betaling van:
a. De retourkosten: € 191,42;
b. De incassokosten over de retourkosten: € 28,71.
Primair en subsidiair vordert Benem :
I. 123Magazijninrichting te veroordelen tot betaling van:
a. De incassokosten over het oorspronkelijke hoofdbedrag: € 335,78;
b. De incassokosten over de transportkosten: € 17,24;
c. De retourkosten: € 191,42;
d. De incassokosten over de retourkosten: € 28,71;
II. 123Magazijninrichting te veroordelen tot vergoeding van de wettelijke rente over bovenstaande bedragen vanaf 21 november 2024 tot de dag van algehele voldoening;
III. 123Magazijninrichting te veroordelen in de proceskosten, inclusief de deurwaarderskosten en, indien van toepassing, de reiskosten van eiser, berekend op basis van € 0,23 per kilometer voor een retourrit van 338 kilometer, zijnde € 77,74, of een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag.
4.2. 123
Magazijninrichting voert gemotiveerd verweer.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
Vanwege de aard van de vorderingen ziet de kantonrechter aanleiding om eerst de vordering die ziet op de retourkosten (€ 191,42 inclusief btw) te beoordelen. Daarna worden de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente besproken.
Retourkosten
5.2.
Vooropgesteld wordt dat Benem “te vroeg” is geweest met het willen ontbinden van de koopovereenkomst. Zoals 123Magazijninrichting terecht heeft aangevoerd, had zij (na de ingebrekestelling) de kans moeten krijgen om de afgekeurde stellingen te vervangen. Benem heeft deze kans niet geboden. Zij heeft immers, de dag nadat zij aanstuurde op vervanging, laten weten dat zij elders stellingen had aangeschaft. Dit laat echter onverlet dat 123Magazijninrichting (om haar moverende redenen) vervolgens akkoord is gegaan met het terugnemen van de stellingen, met terugbetaling aan Benem van de door haar betaalde bedragen voor de stellingen en de transportkosten.
5.3.
Verder heeft Benem gesteld dat 123Magazijninrichting gehouden was de stellingen op te komen halen. Dat heeft 123Magazijninrichting niet betwist. Volgens Benem heeft 123Magazijninrichting dat niet gedaan, waarna zij de stellingen zelf retour heeft gestuurd. Zij vindt dat de daarmee gepaard gaande kosten voor rekening van 123Magazijninrichting komen. 123Magazijninrichting vindt dit niet terecht; volgens haar had zij de kans moeten krijgen het retourtransport zelf te regelen.
5.4.
Nadat Benem 123Magazijninrichting bij e-mailberichten van 20 en 25 september 2024 had verzocht de stellingen op te halen, heeft zij op 27 september 2024 de hiervoor onder 3.5 vermelde mail gestuurd. Op deze mail heeft 123Magazijninrichting niet eerder dan op 30 september 2024 telefonisch gereageerd (en niet met de mededeling dat zij het transport voor die dag had geregeld of nog wilde regelen). Uit de door Benem overgelegde transcriptie en opname van dit telefoongesprek blijkt immers dat Benem tijdens dat gesprek heeft aangegeven dat zij de stellingen “
vandaag” zou versturen en dat Benem de factuur daarvan naar 123Magazijninrichting zou sturen. Daarop heeft (de medewerker van) 123Magazijninrichting geantwoord: “
Oké goed. Dan moeten we het zo maar doen, denk ik dan he”. 123Magazijninrichting is dan ook in verzuim komen te verkeren met betrekking tot de nakoming van haar verplichting de stellingen op te halen. De door Benem hierdoor geleden schade (de retourkosten) is voor rekening van 123Magazijninrichting, met dien verstande dat de door Benem gevorderde btw niet voor toewijzing in aanmerking komt, zodat deze vordering voor een bedrag van € 158,20 wordt toegewezen. Benem kan deze btw immers verrekenen.
Buitengerechtelijke incassokosten
5.5.
Verder vordert Benem vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten, omdat 123Magazijninrichting het voor de stellingkasten terug te betalen bedrag, de transportkosten (heen) en de retourkosten niet (op tijd) heeft betaald. Deze vordering moet worden beoordeeld op grond van artikel 6:96 BW en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten.
5.6.
Tegen deze vordering heeft 123Magazijninrichting ingebracht dat zij het – samengevat weergegeven – niet redelijk vindt dat zij de buitengerechtelijke incassokosten moet betalen. Zij had namelijk al toegezegd dat zij de stellingkasten en de transportkosten (heen) aan Benem zou betalen, maar door een fout in haar systeem is er wat misgegaan en was er nog niet betaald. Benem heeft er zelf voor gekozen om een incassobureau in te schakelen.
5.7.
De kantonrechter oordeelt dat 123Magazijninrichting de buitengerechtelijke incassokosten van Benem moet betalen. Pas op 20 december 2024, na het verstrijken van de door Benem gestelde termijn, heeft 123Magazijninrichting (alleen) het bedrag voor de stellingen (€ 2.238,50 inclusief btw) en de transportkosten (heen) (€ 114,95 inclusief btw) terugbetaald. De door haar aangevoerde omstandigheden, te weten de overstap naar een nieuw systeem en/of ziekte van werknemers, maken niet dat deze tekortkoming (de te late betaling) haar niet kan worden toegerekend. Zij verkeerde dan ook met ingang van 21 november 2024 in verzuim, waarna, zoals onweersproken vaststaat, buitengerechtelijke incassowerkzaamheden hebben plaatsgevonden.
5.8.
Nu de buitengerechtelijke werkzaamheden betrekking hebben gehad op het incasseren van een bedrag van (€ 2.238,50 + € 114,95 + € 158,20 =) € 2.511,65, zal de vordering met betrekking tot de buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen tot een bedrag van € 376,17.
Wettelijke rente
5.9.
De gevorderde wettelijke rente over de retourkosten zal als niet afzonderlijk weersproken worden toegewezen, vanaf 21 november 2024.
5.10.
De gevorderde wettelijke rente over de buitengerechtelijke incassokosten wordt ook toegewezen. Benem heeft echter niet gesteld dat zij de schade (de buitengerechtelijke incassokosten) al eerder dan op de datum van de dagvaarding heeft geleden. Dat is bij een vordering tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten het moment waarop Benem deze buitengerechtelijke incassokosten zelf heeft betaald. Daarom wordt de gevorderde rente over de buitengerechtelijke incassokosten toegewezen vanaf de dag van dagvaarding: 30 januari 2025.
5.11.
Nu de primaire vordering slaagt, hoeven de subsidiaire vorderingen niet meer afzonderlijk besproken te worden.
Proceskosten
5.12. 123
Magazijninrichting is grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. Het Landelijk Overleg Vakinhoud Civiel en Kanton (hierna: “LOVCK”) heeft aanbevolen dat in een geval zoals dit, waarin een partij zonder gemachtigde procedeert en op een zitting verschijnt, er ambtshalve een forfaitair bedrag van € 50,00 aan reis-, verblijf- en verletkosten wordt toegekend.
5.13.
Benem heeft voldoende onderbouwd gesteld dat zij meer kosten (€ 77,74 aan reiskosten) heeft gemaakt. Dat heeft 123Magazijninrichting niet weersproken, zodat de kantonrechter dat zal toewijzen.
5.14.
Zoals hiervoor opgemerkt, vallen onder de proceskosten ook de nakosten. Dat betekent dat als 123Magazijninrichting niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de proceskostenveroordeling in dit vonnis voldoet en het vonnis daarna is betekend, zij ook de kosten van de betekening aan Benem moet betalen.
5.15.
De proceskosten van Benem worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
122,35
- griffierecht
340,00
- reis-, verblijf en verletkosten
77,74
Totaal
540,09

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
veroordeelt 123Magazijninrichting om aan Benem te betalen een bedrag van € 158,20 voor de gemaakte retourkosten, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag, met ingang van 21 november 2024, tot de dag van volledige betaling,
6.2.
veroordeelt 123Magazijninrichting om aan Benem te betalen een bedrag van € 376,17 voor de buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag, met ingang van 30 januari 2025, tot de dag van volledige betaling,
6.3.
veroordeelt 123Magazijninrichting in de proceskosten van € 540,09, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als 123Magazijninrichting niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
6.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
6.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Horsthuis en in het openbaar uitgesproken op 15 juli 2025.