In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel, is een tussenvonnis van 1 juli 2025 gevolgd door een eindvonnis op 12 augustus 2025. Eiseres, een burgerlijk maatschap, heeft gedaagden aangeklaagd wegens huurachterstand. Gedaagde 1 huurt een woning voor een maandelijkse huurprijs van € 803,43, maar heeft een aanzienlijke achterstand in de huurbetalingen. Gedaagde 2 heeft zich garant gesteld voor gedaagde 1. De kantonrechter heeft in het tussenvonnis eiseres verzocht om de toepasselijke algemene voorwaarden over te leggen, welke zijn ingediend. De kantonrechter heeft vervolgens ambtshalve de algemene voorwaarden beoordeeld en vastgesteld dat deze niet in strijd zijn met de wettelijke bepalingen. Aangezien gedaagden zich niet hebben verweerd tegen de vordering, heeft de kantonrechter de vordering toegewezen. Gedaagden zijn veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 4.071,89, inclusief rente en buitengerechtelijke incassokosten, en zijn ook veroordeeld in de proceskosten van € 1.067,81. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.