ECLI:NL:RBOVE:2025:5202

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
14 augustus 2025
Publicatiedatum
14 augustus 2025
Zaaknummer
ak_24_4362
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Intrekking medisch certificaat klasse 1 voor vliegbrevetten wegens migraine

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 14 augustus 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen de intrekking van een medisch certificaat klasse 1 van eiser, die dit certificaat nodig heeft om vliegbrevetten te behalen. Eiser had eerder een medisch certificaat klasse 1 ontvangen, maar dit werd ingetrokken door de minister van Infrastructuur en Waterstaat op basis van de diagnose migraine. De rechtbank oordeelde dat de minister bevoegd was om het certificaat in te trekken, omdat de AME het certificaat in strijd met de regelgeving had verleend. Eiser had in het verleden serieuze migraineaanvallen gehad, waarvoor hij medicatie had gekregen. De rechtbank concludeerde dat de minister het belang van vliegveiligheid boven de individuele belangen van eiser mocht laten prevaleren. Eiser voerde aan dat de intrekking onterecht was, omdat hij in het verleden goedgekeurd was voor het certificaat en dat er geen nieuwe feiten waren die de intrekking rechtvaardigden. De rechtbank oordeelde echter dat de intrekking terecht was, maar dat de minister onvoldoende had gemotiveerd waarom hij gebruik had gemaakt van zijn bevoegdheid om het certificaat in te trekken. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit, maar liet de rechtsgevolgen van de intrekking in stand. Eiser kreeg het griffierecht en proceskosten vergoed.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Zittingsplaats Zwolle
Bestuursrecht
zaaknummer: ZWO 24/4362

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser], uit [woonplaats], eiser,

gemachtigde: mr. dr. R.M. Schnitker,
en

de minister van Infrastructuur en Waterstaat, verweerder.

Procesverloop

1.1
Bij besluit van 18 juli 2024 (het primaire besluit) heeft verweerder het medisch certificaat klasse 1 van eiser ingetrokken. Hiertegen heeft eiser bezwaar gemaakt.
1.2
Bij besluit van 2 december 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard en het primaire besluit in stand gelaten.
1.3
Hiertegen heeft eiser beroep ingesteld.
1.4
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
1.5
De rechtbank heeft het beroep op 29 juli 2025 op zitting behandeld. Hierbij was eiser aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde. Namens verweerder hebben
mr. [naam 1] en drs. [naam 2] aan de zitting deelgenomen.

Beoordeling door de rechtbank

Aanleiding
2. Bij de beoordeling van dit geschil gaat de rechtbank uit van het volgende.
2.1
Eiser wil de vliegbrevetten ATPL / CPL halen, waarmee hij commerciële (verkeers)vluchten mag uitvoeren. Hiervoor dient hij te beschikken over een medisch certificaat klasse 1. Eiser heeft dit certificaat op de geëigende wijze aangevraagd.
2.2
Op 14 februari 2023 is aan eiser een medisch certificaat klasse 2 / LAPL verleend.
2.3
Op 1 september 2023 is eiser, ter beoordeling van de vraag of aan hem een medisch certificaat klasse 1 kan worden afgegeven, gekeurd door een luchtvaartgeneeskundige keuringsarts (AME) [1] van het Aeromedisch Instituut. Deze AME heeft eiser goedgekeurd. Vervolgens heeft het Aeromedisch Instituut bij besluit van 12 september 2023 aan eiser een medisch certificaat klasse 1 en opnieuw een medisch certificaat klasse 2 / LAPL verleend. Op het document staat dat de certificaten zijn afgegeven per 9 september 2023, dat het medisch certificaat klasse 1 geldig is tot 1 september 2024 en dat het medisch certificaat klasse 2 / LAPL geldig is tot 1 september 2028.
2.4
Op 11 september 2023 is de keuring van de AME doorgestuurd naar de medische beoordelaar (MA) [2] van de Nederlandse luchtvaartautoriteit [3] (in dit geval de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)). De MA heeft de keuring van de AME pas later beoordeeld en op basis van de medische informatie vastgesteld dat eiser bekend is met migraine. Eiser heeft in het verleden hevige aanvallen gehad, waarvoor hij ook medicatie voorgeschreven heeft gekregen. Op 13 juni 2024 heeft de MA aan de AME gevraagd welke overwegingen die heeft gemaakt met betrekking tot de migraine. Hierop heeft een collega van de AME op 12 juli 2024 geantwoord dat het medisch certificaat klasse 1 in strijd met de regelgeving aan eiser is verleend. Vervolgens heeft verweerder met het primaire besluit het medisch certificaat klasse 1 ingetrokken. Daarnaast heeft verweerder met het primaire besluit aan eiser een nieuw medisch certificaat klasse 2 afgegeven, met de mededeling dat hij daarmee verder kan met zijn vliegopleiding. Verder heeft verweerder in het primaire besluit aan eiser meegedeeld dat, indien hij zonder medicatie of met medicatie die is toegestaan bij vliegen geen migraineaanval meer krijgt, begin 2026 via een nieuwe keuring zijn geschiktheid voor het medisch certificaat klasse 1 kan worden overwogen.
Het bestreden besluit
3. Verweerder heeft het bezwaar van eiser ter beoordeling voorgelegd aan twee onafhankelijke medisch adviseurs (hierna: de oma’s), die daarover op 22 november 2024 advies hebben uitgebracht. Hierin concluderen zij dat verweerder op basis van de relevante artikelen uit de van toepassing zijnde Europese verordeningen, de van toepassing zijnde AMC [4] en de Flowchart - Migraine certification [5] eiser terecht ongeschikt heeft verklaard. Uit deze regelgeving blijkt volgens de oma’s dat aanvragers met een vastgestelde diagnose van migraine, die waarschijnlijk een risico vormt voor de vliegveiligheid, pas geschikt kunnen worden verklaard voor een medisch certificaat klasse 1 als zij gedurende een periode van minimaal 5 jaar geen migraineaanval meer hebben gehad. Uit de medische informatie blijkt dat eiser in maart of juli 2021 voor het laatst een migraineaanval heeft gehad. Na aanpassing van zijn levensstijl, heeft zich daarna geen migraineaanval meer voorgedaan. De oma’s concluderen daarom dat verweerder zich in het primaire besluit terecht op het standpunt heeft gesteld dat het medisch certificaat klasse 1 ten onrechte was afgegeven en terecht heeft besloten dat certificaat ongeldig te verklaren (bedoeld is: in te trekken). Op basis van het advies van de oma’s heeft verweerder in het bestreden besluit het primaire besluit in stand gelaten, omdat eiser (nog) niet in aanmerking komt voor een medisch certificaat klasse 1.
Beroepsgronden van eiser
4. Eiser voert, samengevat weergegeven, het volgende aan tegen het bestreden besluit.
4.1
Hij is allereerst van mening dat de AMC1 MED.B.065 (Neurology) - de van toepassing zijnde AMC - en de Flowchart - Migraine Certification niet bindend zijn. Daarom is de termijn van 5 jaar volgens eiser richtinggevend, maar geen harde eis. De eerdere goedkeuring van eiser was volgens hem dan ook in overeenstemming met de Verordening (EU) 1178/2011 [6] . Daarbij stelt hij dat de AME die het medisch certificaat klasse 1 aan hem heeft verleend een gecertificeerde luchtvaartgeneeskundige keuringsarts is, die discretionaire bevoegdheid heeft om een beoordeling te maken. Volgens eiser heeft de AME rekening gehouden met de ernst en aard van de voorgeschiedenis van zijn migraine en pas besloten tot afgifte van het medisch certificaat klasse 1 na zekerheid te hebben verkregen over het langdurig symptoomvrije bestaan van eiser.
4.2
Eiser erkent in beroep dat het op zich juist is dat, zoals verweerder heeft gesteld, het opnemen van een OML (een meervliegerbeperking) in een medisch certificaat niet mogelijk is voor iemand die niet tevens de houder is van een vliegbrevet. Volgens eiser biedt artikel MED.B.001 van Verordening (EU) 1178/2011 echter mogelijkheden voor het toekennen van een medische geschiktheidsverklaring met andersoortige beperkingen. Eiser noemt in dit verband een SIC, een TML of een SSL-restrictie. Er waren daarom andere opties voor verweerder dan het intrekken van het medisch certificaat klasse 1. Daar is verweerder in het bestreden besluit volgens eiser ten onrechte aan voorbijgegaan. Hierbij wijst hij erop dat aan hem zonder restricties wel een medisch certificaat klasse 2 is verstrekt. Daarmee mag hij vliegtuigen besturen, ook met passagiers. Daaruit kan volgens eiser worden geconcludeerd dat zijn medische situatie op dit moment geen risico vormt voor de vliegveiligheid, zodat niet valt in te zien waarom aan hem niet ook een medisch certificaat klasse 1 kan worden verstrekt.
4.3
Bijlage IV (PART-MED) van Verordening (EU) 1178/2011, met name het eerder genoemde artikel MED.B.001, biedt de mogelijkheid om de medische keuring van een piloot aan te passen op basis van diens individuele gezondheidssituatie. Daarnaast moedigt de internationale burgerluchtvaartorganisatie ICAO volgens eiser ook aan om medische beoordelingen op individuele basis te doen. Het volledig afkeuren van hem voor het medisch certificaat klasse 1 druist volgens eiser in tegen deze voorgestane flexibele benadering.
4.4
Verweerder heeft het medisch certificaat klasse 1 pas tien maanden na de verlening ingetrokken. Die termijn is erg lang, terwijl volgens eiser geen nieuwe feiten of omstandigheden bekend zijn geworden die de intrekking rechtvaardigen. Ook is de eerdere verlening van het certificaat niet gebaseerd op onjuiste of onvolledige informatie van hem. Eiser is daarom van mening dat hij erop mocht vertrouwen dat het certificaat niet meer zou worden ingetrokken. Ook heeft de intrekking grote impact op en gevolgen voor eiser, mede vanwege de handelingen die hij tussen de verlening en de intrekking van het medisch certificaat klasse 1 heeft verricht. Zo heeft hij na de verlening van het certificaat zijn baan opgezegd om zich te kunnen richten op de opleiding tot verkeersvlieger.
Beoordeling van het beroep
Procesbelang
5. Het medisch certificaat klasse 1 was geldig tot 1 september 2024. Dit werpt de vraag op in hoeverre eiser in deze zaak procesbelang heeft. Hiernaar gevraagd, heeft eiser ter zitting verklaard dat hij in de toekomst wil blijven vliegen en daarom belang heeft bij de beoordeling of het medisch certificaat klasse 1 terecht is ingetrokken. Ook heeft hij ter zitting onweersproken verklaard dat hij na het intrekken van het medisch certificaat klasse 1 direct van de vliegopleiding is verwijderd. Verder stelt hij schade te hebben geleden door de intrekking. De rechtbank acht dit voldoende aannemelijk. De rechtbank ziet in wat eiser heeft aangevoerd over zijn procesbelang dan ook aanleiding om aan te nemen dat hij daadwerkelijk belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van zijn beroep.
Juridisch kader
6.1
Voor de juridische bepalingen die op deze zaak van toepassing zijn verwijst de rechtbank partijen naar het verweerschrift van verweerder van 17 juli 2025. Daarin is het beoordelingskader voor de intrekking van het medisch certificaat klasse 1 vermeld en eiser heeft ter zitting verklaard dat dit beoordelingskader in het verweerschrift juist is weergegeven. De rechtbank onderschrijft dat.
6.2
Wel merkt de rechtbank, in aanvulling op het juridisch kader dat is weergegeven in het verweerschrift, op dat in artikel MED.A.046, onder a, van Verordening (EU) 1178/2011 staat dat een medisch certificaat kan worden geschorst of ingetrokken door de autoriteit die het bewijs van bevoegdheid heeft afgegeven.
Het oordeel van de rechtbank
7.1
Niet in geschil is dat bij eiser de diagnose migraine is gesteld. Gelet hierop, heeft verweerder zich terecht op het standpunt gesteld dat uit artikel MED.B.065 van Verordening (EU) 1178/2011 volgt dat de beoordeling van eisers aanvraag voor een medisch certificaat klasse 1 had moeten worden doorverwezen naar de MA van de ILT. De AME heeft dit certificaat dan ook in strijd met de geldende regelgeving aan eiser verleend. Naar het oordeel van de rechtbank was verweerder daarom bevoegd om op grond van artikel MED.A.046 van Verordening (EU) 1178/2011 het medisch certificaat klasse 1 in te trekken, nu dit ten onrechte aan eiser was verleend. Dat het certificaat uiteindelijk pas zo’n tien maanden na de verlening is ingetrokken, maakt dit niet anders. Ter zitting heeft verweerder verklaard dat de ILT te weinig medisch beoordelaars heeft voor het aantal keuringen dat moet worden beoordeeld of gedaan en dat daar daarom een grote achterstand in bestaat. Om die reden heeft de beoordeling van de keuring van de AME in dit geval zo lang geduurd. De rechtbank ziet hierin geen reden om te oordelen dat verweerder niet meer bevoegd was het medisch certificaat klasse 1 in te trekken.
7.2
Verweerder heeft in het verweerschrift erkend dat de AMC1 MED.065 en de Flowchart - Migraine Certification niet-bindende normen en richtsnoeren bevatten. Onder verwijzing naar de artikelen 76 en 115 van de Verordening (EU) 2018/1139 [7] en artikel ARA.GEN.120 van de Verordening (EU) 1178/2011 heeft verweerder echter ook toegelicht dat en hoe AMC’s en Guiding Materials (GM’s; richtsnoeren) worden opgesteld door het Europees Agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart (EASA). Met de invulling van de bepalingen uit de Verordening (EU) 1178/2011 in de AMC’s en GM’s wordt gezorgd voor rechtszekerheid en wordt bijgedragen aan een uniforme implementatie en uitvoering van de regelgeving met betrekking tot de medische geschiktheid van de bemanning van burgerluchtvaartuigen. Die invulling geschiedt door medische deskundigengroepen van EASA. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder zich op basis van de AMC1 MED.065 en de Flowchart - Migraine Certification dan ook op het standpunt kunnen stellen dat eiser nog niet in aanmerking komt voor een medisch certificaat klasse 1, omdat nog geen vijf jaren zijn verstreken na zijn laatste migraineaanval.
7.3
Tussen partijen is niet in geschil dat het medisch certificaat klasse 1 niet met een OML-restrictie kan worden verleend, omdat eiser nog geen vliegbrevet heeft. Voor het oordeel dat dat certificaat wel kan worden verleend met één van de andere restricties die eiser heeft genoemd ziet de rechtbank geen aanleiding. Verweerder heeft daar in het verweerschrift en ter zitting op gereageerd. Kort samengevat heeft verweerder uiteengezet dat de door eiser genoemde restricties niet van toepassing zijn bij migraine, maar voor andere aandoeningen gelden, waarbij het nodig is dat iemand vaker wordt gekeurd. Bij migraine is dat niet aan de orde. De rechtbank ziet geen reden om aan de uitleg van verweerder te twijfelen. Eiser heeft dan ook niet aannemelijk gemaakt dat het medisch certificaat klasse 1 wel met het opnemen van een restrictie aan hem kan worden verleend.
7.4
Uit het voorgaande volgt dat verweerder terecht heeft geconcludeerd dat het medisch certificaat klasse 1 ten onrechte aan eiser was verleend en dat eiser niet in aanmerking komt voor dat certificaat. Verweerder was dan ook bevoegd om dat in te trekken. Dit betreft echter een discretionaire bevoegdheid. Verweerder diende dan ook te beoordelen of hij in dit geval gebruik wilde maken van die bevoegdheid en, zo ja, te motiveren waarom. Daarbij diende verweerder ook een belangenafweging te maken. Deze beoordeling, motivering en belangenafweging ontbreken in het bestreden besluit. Het bestreden besluit is in zoverre in strijd met artikel 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het beroep is om die reden gegrond. De rechtbank zal het bestreden besluit vernietigen voor zover daarin niet is gemotiveerd waarom verweerder gebruik heeft gemaakt van de bevoegdheid om het medisch certificaat klasse 1 in te trekken.
7.5
De rechtbank ziet echter aanleiding om met toepassing van artikel 8:72, derde lid, onder a, van de Awb de rechtsgevolgen van het vernietigde deel van het bestreden besluit in stand te laten. In het verweerschrift en ter zitting heeft verweerder namelijk een aanvullende motivering gegeven en nader toegelicht waarom hij gebruik heeft gemaakt van de bevoegdheid om het certificaat in te trekken. In het verweerschrift heeft verweerder hierover aangegeven dat de vliegveiligheid voorop moet worden gesteld en dat het belang van vliegveiligheid voor mensen en omgeving prevaleert boven individuele belangen. Verder heeft [naam 2], die MA is, ter zitting namens verweerder naar voren gebracht dat uit de medische informatie van eiser, met name de informatie van de neuroloog, blijkt dat hij serieuze migraineaanvallen heeft gehad, waarvoor hij ook serieuze medicatie voorgeschreven heeft gekregen. Op basis van die informatie kan volgens [naam 2] geen uitzondering worden gemaakt op het uitgangspunt dat aan eiser pas een medisch certificaat klasse 1 kan worden verleend na een aanvalsvrije periode van 5 jaar. Daarbij speelt ook een rol dat het in dit geval om een initiële keuring gaat. Ook is volgens [naam 2] van belang dat, als iemand in de cockpit een migraineaanval krijgt, er direct gevaar voor de vliegveiligheid ontstaat. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder met deze aanvullende motivering voldoende onderbouwd waarom hij in dit geval gebruik heeft gemaakt van zijn bevoegdheid om het medisch certificaat klasse 1 in te trekken. Daarbij stelt de rechtbank nog vast dat dat certificaat nog maar twee maanden geldig was.

Conclusie en gevolgen

8.1
Het beroep is gegrond. De rechtbank zal het bestreden besluit vernietigen voor zover verweerder daarin niet heeft gemotiveerd waarom hij gebruik maakt van zijn bevoegdheid om het medisch certificaat klasse 1 in te trekken. De rechtbank zal tevens bepalen dat de rechtsgevolgen van het vernietigde deel van het bestreden besluit in stand blijven. Dit betekent dat de intrekking van het medisch certificaat klasse 1 blijft gelden.
8.2
Omdat het beroep gegrond is, moet verweerder het betaalde griffierecht aan eiser vergoeden. Ook moet verweerder aan eiser een vergoeding betalen voor zijn proceskosten. Deze proceskosten bestaan alleen uit kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. Op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht stelt de rechtbank de vergoeding hiervoor vast op € 1.814,- (1 punt voor het indienen van het beroep en 1 punt voor het verschijnen ter zitting; waarde per punt: € 907,-; wegingsfactor 1).

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep gegrond;
  • vernietigt het bestreden besluit voor zover verweerder daarin niet heeft gemotiveerd waarom hij gebruik maakt van zijn bevoegdheid om het medisch certificaat klasse 1 in te trekken;
  • bepaalt dat de rechtsgevolgen van het vernietigde deel van het bestreden besluit in stand blijven;
  • gelast verweerder het griffierecht van € 187,- te vergoeden;
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 1.814,-.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.J.B. Cornelissen, rechter, in aanwezigheid van
mr. P.J.H. Bijleveld, griffier. Uitgesproken in het openbaar op
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Voetnoten

1.Aero Medical Examiner.
2.Medical Assessor.
3.De CAA-NL.
4.AMC staat voor Acceptable Means of Compliance (aanvaardbare wijzen van naleving).
5.Onderdeel van de Additional Flowcharts & Guidance Material CAA-NL to Part MED of Regulation (EU) No 1178/2011.
6.Verordening (EU) Nr. 1178/2011 van de Commissie van 3 november 2011 tot vaststelling van technische eisen en administratieve procedures met betrekking tot de bemanning van burgerluchtvaartuigen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad.
7.Verordening (EU) 2018/1139 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2018 inzake gemeenschappelijke regels op het gebied van burgerluchtvaart en tot oprichting van een Agentschap van de Europese Unie voor de veiligheid van de luchtvaart, en tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 2111/2005, (EG) nr. 1008/2008, (EU) nr. 996/2010, (EU) nr. 376/2014 en de Richtlijnen 2014/30/EU en 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad, en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 552/2004 en (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad en Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad.