In deze zaak heeft eiser, een drukwerkbedrijf, vorderingen ingesteld tegen de bestuurders van drie vennootschappen die via turboliquidatie zijn ontbonden. Eiser stelt dat de bestuurders wisten dat de vennootschappen hun verplichtingen niet konden nakomen en dat zij misbruik hebben gemaakt van de turboliquidatie. De rechtbank heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs is dat de bestuurders wisten of hadden moeten weten dat de vennootschappen niet in staat waren om aan hun verplichtingen te voldoen. De rechtbank wijst de vorderingen van eiser af, omdat de bestuurders niet persoonlijk aansprakelijk zijn voor de onbetaald gebleven facturen. De rechtbank concludeert dat de turboliquidatie rechtmatig was, aangezien er geen baten meer aanwezig waren in de vennootschappen. Eiser wordt veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden.