ECLI:NL:RBOVE:2025:5716

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
25 september 2025
Publicatiedatum
25 september 2025
Zaaknummer
AK_25_1639
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake Indicatie Banenafspraak door gebrek aan bezwaar

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, op 11 september 2025 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. De eiseres, Gemeente Dalfsen, heeft beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV, waarin de aanvraag van een betrokkene voor een Indicatie Banenafspraak werd afgewezen. De betrokkene had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar de eiseres had geen bezwaar ingediend. Het UWV verklaarde het bezwaar van de betrokkene niet-ontvankelijk, omdat het bezwaarschrift buiten de termijn was ingediend en dit niet verschoonbaar was. De rechtbank heeft het beroep van de eiseres op 11 september 2025 behandeld, waarbij de gemachtigden van het UWV en de eiseres aanwezig waren, evenals de betrokkene. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de eiseres geen beroep kon instellen, omdat zij geen bezwaar had gemaakt tegen het besluit van het UWV. Dit gebrek aan bezwaar werd als niet verschoonbaar beschouwd. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiseres niet-ontvankelijk, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk werd beoordeeld. De eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL
Zittingsplaats Zwolle
Bestuursrecht
zaaknummer: ZWO 25/1639

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van

11 september 2025 in de zaak tussen

Gemeente Dalfsen, eiseres

(gemachtigden: R. de Kroon, M. Bos en N.G.M. Pronk),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, het UWV
(gemachtigde: G.A.Tellinga),
Als derde-partij neemt aan de zaak deel:
[betrokkene], uit [woonplaats], betrokkene.

Inleiding

Het UWV heeft de aanvraag om betrokkene in aanmerking te brengen voor een Indicatie Banenafspraak met het besluit van 23 oktober 2024 afgewezen. Betrokkene heeft bezwaar gemaakt, maar eiseres niet. Bij het bestreden besluit van 14 mei 2025 op het bezwaar van betrokkene heeft het UWV het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard. Daaraan ligt ten grondslag dat betrokkene haar bezwaarschrift buiten de bezwaartermijn heeft ingediend en dat dit niet verschoonbaar is. Eiseres heeft beroep ingesteld. Het UWV heeft daarop gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft het beroep op 11 september 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van het UWV, M. Bos en N.G.M. Pronk namens eiseres, en betrokkene. Dit beroep is gelijktijdig ter zitting behandeld met het beroep van betrokkene tegen hetzelfde bestreden besluit van 14 mei 2025. Dit beroep is geregistreerd onder Awb 25/1503 en hierop wordt afzonderlijk uitspraak gedaan. Na afloop van zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart beroep niet-ontvankelijk.

Motivering

De rechtbank legt nu uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Op grond van artikel 6:13 van de Algemene wet bestuursrecht kan geen beroep bij de bestuursrechter worden ingesteld door een belanghebbende aan wie redelijkerwijs kan worden verweten dat hij geen bezwaar heeft gemaakt. Eiseres heeft geen bezwaar gemaakt tegen het besluit over de Indicatie Banenafspraak. Daarvoor heeft zij geen goede reden. Daarom kan eiseres geen beroep instellen.

Conclusie en gevolgen

Dat betekent dat het beroep niet-ontvankelijk is en dat de rechtbank het beroep van eiseres niet inhoudelijk beoordeelt. Eiseres krijgt daarom het griffierecht niet terug. Zij krijgt ook geen vergoeding van de proceskosten.
Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om tegen de mondelinge uitspraak in hoger beroep te gaan op de hieronder omschreven wijze.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 11 september 2025 door
mr. M. Eikelenboom, rechter, in aanwezigheid van mr. E.G.M. ten Kate, griffier.
De rechter is verhinderd
te ondertekenen
griffier
rechter
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hoger beroepschrift sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hoger beroepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop dit proces-verbaal is verzonden.
Digitaal hoger beroep instellen kan via “Formulieren en inloggen” op www.rechtspraak.nl. Hoger beroep instellen kan eventueel ook nog steeds door verzending van een brief aan de Centrale Raad van Beroep, Postbus 16002, 3500 DA Utrecht.
Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Centrale Raad van Beroep vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.