Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsmotivering
- de verklaring van verdachte tijdens de zitting van 21 oktober 2025;
- het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 2] , pagina 55 tot en met 57;
- het proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer 1] , pagina 71 tot en met 73.
- de verklaring van verdachte tijdens de zitting van 21 oktober 2025;
- het proces-verbaal van bevindingen, pagina 2 tot en met 4 (wat betreft de boksbeugel);
- het proces-verbaal van bevindingen, pagina 5 tot en met 10 (wat betreft de ploertendoders)
- het proces-verbaal onderzoek wapen, pagina 11 en 12 (wat betreft het gaspistool van het merk Zoraki en 41 knalpatronen van het merk Umarex);
- het proces-verbaal onderzoek wapen, pagina 34 en 35 (wat betreft het gaspistool van het merk Reck).
of omstreeks23 januari 2025 te Enschede
of meerander
en,
althans alleen,
/of (grote
)contante geldbedragen,
in elk geval
geheel of ten deleaan [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 2]
/ofgevolgd van geweld
/of[slachtoffer 1] ,
/ofom bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
hij/hun
gelaat/hoofd had
(den
)bedekt met
gezichtsbedekkende
/ofcapuchon
),
, althans op een vuurwapen gelijkend voorwerp, te
/ofin de richting van voornoemde [slachtoffer 1]
/of[slachtoffer 2] te houden,
/of[slachtoffer 2] op te dragen om op de grond te gaan liggen
/ofte zeggen ‘op de grond’, ‘handen, handen, handen’ en
/of‘liggen’,
(s
)om de polsen van die [slachtoffer 1]
(proberen)te plaatsen,
/ofdie [slachtoffer 2]
(proberen
)te plaatsen en
/of
/in of omstreeks13 mei 2025, te Losser,
althans in Nederland,
/of
tweeeen ploertendoder
s
/in of omstreeks13 mei 2025, te Losser,
althans in Nederland,
/of
)zijnde een vuurwapen in de vorm van een
geweer, revolver
/of
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heter daad, aan zichzelf en andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De op te leggen straf of maatregel
7.De schade van benadeelden
- ten aanzien van [slachtoffer 1] : 40 dagen;
- ten aanzien van [slachtoffer 2] : 40 dagen;
- ten aanzien van [slachtoffer (bedrijf)] : 61 dagen.
8.De toegepaste wettelijke voorschriften
9.De beslissing
diefstal, voorafgegaan, vergezeld en gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden, gemakkelijk te maken en om, bij betrapping op heter daad, aan zichzelf en andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden;
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien de verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende algemene voorwaarde niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaardendat verdachte:
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 3.000,-- (zegge: drieduizend euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2025, ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 40 dagen kan worden toegepast (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 3.000,-- (zegge: drieduizend euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2025, ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 40 dagen kan worden toegepast (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 5.265,31 (zegge: vijfduizend tweehonderdvijfenzestig euro en eenendertig eurocent) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 21 januari 2025 (voor een bedrag van 3.779,81) en vanaf 21 oktober 2025 (voor een bedrag van € 1.485,50), ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 61 dagen kan worden toegepast (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;