ECLI:NL:RBOVE:2025:6408
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening intrekking APK-erkenning en keuringsbevoegdheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan over verzoeken om een voorlopige voorziening in verband met de intrekking van de APK-erkenning van een autobedrijf en de tijdelijke intrekking van de APK-bevoegdheid van een keurmeester. De RDW heeft op 21 oktober 2025 de APK-erkenning van [bedrijf] definitief ingetrokken, evenals de keuringsbevoegdheid van [eiser] voor de duur van 12 maanden. De RDW concludeert dat er sprake is van ondermijning van toezicht, omdat er te grote aantallen voertuigen worden afgemeld, wat niet in verhouding staat tot de capaciteit van de keuringsplaats. [bedrijf] en [eiser] hebben bezwaar gemaakt tegen deze besluiten en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat de besluiten hun werkzaamheden stillegden.
De voorzieningenrechter heeft de verzoeken op 30 oktober 2025 behandeld en kwam tot het voorlopige oordeel dat de bezwaren geen redelijke kans van slagen hebben. De voorzieningenrechter weegt de belangen van de partijen en concludeert dat de RDW belang heeft bij het handhaven van de sancties voor de verkeersveiligheid. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om een voorlopige voorziening af, omdat er geen onverwijlde spoed is die het treffen van een voorlopige voorziening vereist. De uitspraak is gedaan door mr. A.T. de Kwaasteniet, in aanwezigheid van mr. J.C. Smitstra, griffier.