In deze zaak vordert eiser, een besloten vennootschap, betaling van een huurachterstand en ontruiming van een woning die door gedaagden wordt gehuurd. Gedaagden, die een aanzienlijke huurachterstand hebben opgebouwd, zijn in deze procedure betrokken. De kantonrechter heeft op 4 november 2025 uitspraak gedaan in kort geding. Eiser heeft gesteld dat gedaagden een huurachterstand van € 10.210,26 hebben, wat door gedaagde 2 niet is betwist. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een huurovereenkomst bestaat en dat gedaagden tekort zijn geschoten in hun verplichtingen om de huur tijdig te betalen. Eiser heeft een spoedeisend belang bij de vordering tot ontruiming, omdat de huurachterstand verder kan oplopen en eiser vreest dat gedaagden geen verhaal zullen bieden. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de ontruiming gerechtvaardigd is, ondanks de aanwezigheid van een minderjarig kind in de woning. Gedaagden zijn hoofdelijk veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.