In deze zaak heeft eiser, een eigenaresse van meerdere registergoederen, een kort geding aangespannen om de executie van haar eigendommen te voorkomen. De deurwaarder had op 14 oktober 2025 de executie van de registergoederen aangezegd bij openbare verkoop, gepland op 18 november 2025. Eiser vordert in deze procedure schorsing van de voorgenomen executiemaatregelen door WLM Vastgoed en Management B.V., de gedaagde partij, die de hypotheken op de registergoederen heeft. De voorzieningenrechter heeft op 14 november 2025 uitspraak gedaan en de door WLM voorgenomen executiemaatregelen geschorst totdat er onherroepelijk is geoordeeld in de lopende bodemprocedure. Tevens is WLM verboden om verdere executiemaatregelen te nemen en is er een dwangsom opgelegd voor het geval WLM in strijd handelt met dit verbod. Eiser is ook in het gelijk gesteld wat betreft de proceskosten, die aan haar zijde zijn begroot op een totaal van € 1.764,04. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en andere vorderingen zijn afgewezen.