ECLI:NL:RBROE:2000:AA7340
Rechtbank Roermond
- Voorlopige voorziening
- E.J.A.M. Bakermans
- Rechtspraak.nl
Schorsing van besluit tot vrijstelling voor tijdelijke vestiging van een bouwmarkt
In deze zaak heeft de president van de Arrondissementsrechtbank te Roermond op 11 augustus 2000 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Het betreft een geschil tussen verzoekster, [verzoeker] V.O.F., en het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Haelen, verweerder. Verweerder had op 26 juni 2000 aan vergunninghouder vrijstelling verleend op basis van artikel 17 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) voor het gebruik van een pand voor detailhandel in bouwmarkt- en doe-het-zelf-artikelen. Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening.
De president heeft vastgesteld dat verzoekster een spoedeisend belang heeft bij het treffen van een voorlopige voorziening. Tijdens de hoorzitting op 2 augustus 2000 is de zaak behandeld, waarbij verzoekster werd bijgestaan door mr. J.H.P. Hardy en vergunninghouder in persoon aanwezig was. Verweerder werd vertegenwoordigd door mw. mr. Van Hoesel. De president concludeerde dat de tijdelijke vrijstelling niet voldoende aannemelijk was gemaakt, aangezien de vergunninghouder niet kon onderbouwen dat het gebruik van het pand daadwerkelijk tijdelijk zou zijn.
De president oordeelde dat het aangevochten besluit in een bodemprocedure waarschijnlijk geen stand zou houden, omdat de vrijstellingsmogelijkheid enkel bedoeld is voor duidelijk tijdelijke afwijkingen van het bestemmingsplan. Daarom heeft de president besloten om het besluit van verweerder te schorsen, om onevenredig nadeel voor verzoekster te voorkomen. Tevens werd verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoekster, die op € 1420,- werden begroot, en het griffierecht van € 450,- moest door de gemeente worden vergoed. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.