ECLI:NL:RBROE:2006:AZ2579
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - meervoudig
- D.C.M. Bomans
- N.J.M. Ruyters
- A.J.M. Huisman-Kreijn
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van de officier van justitie in het kader van uitlevering en vervolging
In deze zaak heeft de rechtbank Roermond op 10 oktober 2006 uitspraak gedaan over de ontvankelijkheid van de officier van justitie in een strafzaak tegen een verdachte die door de Belgische autoriteiten aan Nederland was overgeleverd. De verdachte was op 3 oktober 2005 overgeleverd, maar de vervolging had tot dat moment niet plaatsgevonden. De officier van justitie te Roermond had op 26 april 2006 aanvullende toestemming gevraagd aan de Belgische autoriteiten voor vervolging in Nederland, met verwijzing naar een Europees Arrestatiebevel. De raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg te Brugge had dit verzoek uitvoerbaar verklaard, maar de rechtbank Roermond constateerde dat er onduidelijkheid bestond over de feiten waarvoor de aanvullende toestemming was gevraagd. Er ontbraken essentiële gegevens zoals datum en plaats van de feiten, waardoor de rechtbank niet kon vaststellen waarvoor de toestemming precies was verleend.
De rechtbank oordeelde dat, aangezien er geen onherroepelijke beslissing was genomen op het verzoek om aanvullende toestemming en er geen duidelijkheid bestond over de feiten, de officier van justitie niet ontvankelijk verklaard diende te worden. Dit vonnis is gewezen door een meervoudige kamer voor strafzaken, waarbij de voorzitter de heer A.J.M. Huisman-Kreijn was. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke en volledige informatie bij het aanvragen van vervolging, vooral in het kader van internationale samenwerking en uitlevering.
De rechtbank heeft in haar beslissing ook aandacht besteed aan de geldigheid van de dagvaarding en de bevoegdheid van de rechtbank om van het ten laste gelegde kennis te nemen. De rechtbank concludeerde dat de dagvaarding aan alle wettelijke eisen voldeed en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De uitspraak is openbaar gedaan en de rechtbank heeft de officier van justitie in deze zaak niet ontvankelijk verklaard.