ECLI:NL:RBROE:2007:BA7506

Rechtbank Roermond

Datum uitspraak
11 juli 2007
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
77678 / FA RK 07 - 41
Instantie
Rechtbank Roermond
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • J.A.G.F. Custers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Echtscheiding op basis van Marokkaans recht na duurzame ontwrichting van het huwelijk

In deze zaak heeft de Rechtbank Roermond op 11 juli 2007 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een vrouw en een man, waarbij het Marokkaans recht van toepassing is. De vrouw, vertegenwoordigd door procureur mr. P.J.W.M. Theunissen, heeft op 12 januari 2007 een verzoekschrift ingediend tot echtscheiding, dat op 15 januari 2007 is betekend. In haar verzoekschrift stelt de vrouw dat het huwelijk duurzaam ontwricht is, zoals bedoeld in artikel 94 van de Marokkaanse Familiewet, en dat verzoening niet meer mogelijk is. De echtgenoten zijn sinds 31 december 2005 feitelijk gescheiden.

De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.R. van Maas de Bie, heeft een referteverklaring overgelegd en verklaard geen verweer te voeren tegen de echtscheiding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man de Marokkaanse nationaliteit bezit en dat de vrouw in haar verzoekschrift heeft aangegeven dat het Marokkaans recht het gemeenschappelijke recht van de echtgenoten is. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er sprake is van duurzame ontwrichting van het huwelijk en dat de man geen verzoening wenst, waardoor een verzoeningspoging niet zinvol is.

De rechtbank heeft de echtscheiding uitgesproken, waarbij is opgemerkt dat de vrouw niet om een onderhoudsbijdrage heeft verzocht, en heeft daaromtrent geen verdere beslissing genomen. De beschikking is gegeven door mr. J.A.G.F. Custers en is ter openbare civiele terechtzitting uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.

Uitspraak

RECHTBANK ROERMOND
Sector civielrecht
Zaaknummer: 77678 / FA RK 07-41
Beschikking van 11 juli 2007 betreffende echtscheiding
in de zaak van:
[verzoekster],
wonende te [woo[plaats huwelijk], [adres],
hierna te noemen de vrouw,
procureur: mr. P.J.W.M. Theunissen;
tegen:
[verweerder],
wonende te [woonplaats], [adres],
hierna te noemen de man,
advocaat: mr. A.R. van Maas de Bie,
hierna ook te noemen de echtgenoten.
Het verloop van de procedure
De vrouw heeft op 12 januari 2007 een verzoekschrift bij de rechtbank ingediend dat bij exploot d.d. 15 januari 2007 is betekend. Bij dat verzoekschrift is verzocht een beslissing te nemen over de echtscheiding.
De man heeft een referteverklaring overgelegd, die mede is ondertekend door
mr. A.R. van Maas de Bie.
De vaststellingen en overwegingen
Uit de overgelegde bescheiden blijkt hetgeen bij het verzoekschrift is gesteld over het huwelijk en de Nederlandse en Marokkaanse nationaliteit van de vrouw.
Ten tijde van de huwelijksluiting bezat de man de Marokkaanse nationaliteit en de vrouw heeft in haar verzoekschrift expliciet aangegeven dat de man de Marokkaanse nationaliteit bezit.
De vrouw heeft in haar verzoekschrift gesteld dat op de ontbinding van het huwelijk ingevolge artikel 1, lid 1 aanhef en sub a van de Wet conflictenrecht echtscheiding Marokkaans recht van toepassing is, aangezien dit recht het gemeenschappelijke recht van de echtgenoten is.
De vrouw acht het huwelijk tussen de echtgenoten overeenkomstig artikel 94 van de Marokkaanse Familiewet duurzaam ontwricht en verzoekt op grond daarvan de echtscheiding uit te spreken. Verzoening is niet meer mogelijk. De echtgenoten wonen reeds vanaf 31 december 2005 gescheiden.
Daarenboven wenst de vrouw echtscheiding omdat de man haar tijdens het huwelijk schade heeft aangebracht en haar daarbij materiële en immateriële krenking heeft berokkend, welke het haar onmogelijk maakt de huwelijksrelatie voort te zetten.
De man heeft verklaard dat hij geen verweer zal voeren tegen de verzochte echtscheiding en heeft zich aan het oordeel van de rechtbank gerefereerd.
De rechtbank leidt af uit bovenvermelde verklaring van de man en uit het feit dat de man niet heeft bestreden of zich nader heeft uitgelaten over hetgeen de vrouw heeft gesteld omtrent het uitgesloten zijn van een verzoening en omtrent de tijd dat de echtgenoten reeds feitelijk gescheiden wonen, dat ook de man geen verzoening wenst, zodat de rechtbank het ondernemen van een verzoeningspoging niet zinvol meer acht.
Voorts is de rechtbank van oordeel dat er sprake is van duurzame ontwrichting van het huwelijk. Zij zal de verzochte echtscheiding dan ook uitspreken.
Nu de vrouw niet om een onderhoudsbijdrage ten behoeve van zichzelf heeft verzocht, gaat de rechtbank er van uit dat zij daarvan afziet en zal de rechtbank daaromtrent ook geen nadere beslissing meer nemen.
De beslissing
De rechtbank:
spreekt uit de echtscheiding tussen de echtgenoten, gehuwd op [huwelijksdatum] te [plaats huwelijk].
Deze beschikking is gegeven door mr. J.A.G.F. Custers en ter openbare civiele terechtzitting van 11 juli 2007 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.
PD
Tegen deze uitspraak kan binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak door de echtgenoten hoger beroep worden ingesteld door indiening van een beroepschrift bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Een in eerste aanleg niet verschenen echtgenoot kan hoger beroep instellen binnen drie maanden ná de betekening van deze uitspraak aan hem/haar in persoon dan wel binnen drie maanden nadat zij op andere wijze is betekend en openlijk bekend is gemaakt.