ECLI:NL:RBROE:2008:BG5560

Rechtbank Roermond

Datum uitspraak
25 november 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
216310 \ CV EXPL 08-2035
Instantie
Rechtbank Roermond
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van openstaande bedragen en beoordeling van administratieve verplichtingen van de werkgeefster

In deze zaak heeft de kantonrechter te Roermond op 25 november 2008 uitspraak gedaan in een geschil tussen de vennootschap onder firma Anne-Belle Mode V.O.F. (eiseres) en een gedaagde die in persoon procedeerde. Eiseres vorderde betaling van een openstaand bedrag van EUR 944,50, dat volgens haar nog door gedaagde verschuldigd was voor gekochte kleding. Gedaagde had in de periode 2003/2004 werkzaamheden verricht in de winkel van eiseres, maar de betaling voor deze werkzaamheden was verrekend met de aankoop van kleding. Eiseres stelde dat gedaagde na 21 juli 2004 geen werkzaamheden meer had verricht, terwijl gedaagde betwistte dat er nog een bedrag openstond na verrekening van de kleding.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een mondelinge afspraak was tussen partijen over de vergoeding in natura voor de werkzaamheden van gedaagde, maar dat er geen bewijsstukken van deze afspraak zijn overgelegd. De kantonrechter oordeelde dat eiseres als werkgeefster verplicht is om een correcte en overzichtelijke administratie te voeren, zodat duidelijk is wat de werkneemster toekomt. Aangezien eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar vordering, werd deze afgewezen. Eiseres werd bovendien veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, die zijn begroot op EUR 50,00.

De beslissing van de kantonrechter benadrukt het belang van een goede administratie door de werkgever en de risico's die verbonden zijn aan onduidelijke afspraken. De vordering van eiseres werd afgewezen, en de kosten werden aan haar opgelegd.

Uitspraak

RECHTBANK ROERMOND
Sector kanton
Zaaknummer: 216310 \ CV EXPL 08-2035
Vonnis van de kantonrechter te Roermond d.d. 25 november 2008
in de zaak van:
de vennootschap onder firma Anne-Belle Mode V.O.F., gevestigd te Roermond,
eiseres,
gemachtigde: dw. W.H.M. van Eijsden,
tegen:
[gedaagde], wonende te [adres],
gedaagde,
procederende in persoon.
1. Het verloop van de procedure
1.1. Dit blijkt uit het navolgende:
- de inleidende dagvaarding met producties;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek met producties;
- de conclusie van dupliek met producties.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De vaststaande feiten
2.1. Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, kan van de volgende vaststaande feiten worden uitgegaan: Gedaagde heeft in de periode 2003/2004 werkzaamheden verricht in de winkel van eiseres. In plaats van betaling van de verrichte werkzaamheden werd de door gedaagde bij eiseres gekochte kleding door eiseres verrekend met gedaagde.
3. Het geschil
3.1. Eiseres heeft op gronden als omschreven in de dagvaarding gevorderd, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van gedaagde tot betaling aan eiseres van de bedragen en rente als in de dagvaarding vermeld, kosten rechtens.
Gedaagde heeft verweer gevoerd.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling van het geschil
4.1. Eiseres stelt dat gedaagde na 21 juli 2004 geen werkzaamheden meer heeft verricht terwijl zij nog wel kleding heeft afgenomen. Als gevolg hiervan staat er nog een bedrag van EUR 944,50 open aan op rekening gekochte kleding. Eiseres stelt dat de winkel St. Emile aan een derde partij toebehoort en de daar verrichte werkzaamheden in elk geval niet verrekend kunnen worden met de vordering van eiseres.
4.2. Gedaagde stelt zich op het standpunt dat zij op verzoek van de heer [C] werkzaamheden heeft verricht in de winkel van eiseres maar ook in de winkel St. Emile, alwaar de heer [C] bedrijfsmanager was. Gedaagde stelt voor een bedrag van EUR 1.486,87 werkzaamheden te hebben verricht en op grond daarvan nog een restant bedrag van eiseres te vorderen te hebben na verrekening van de afgenomen kleding.
4.3. De kantonrechter stelt vast dat partijen kennelijk een mondelinge afspraak hebben gemaakt dat gedaagde in de winkel van eiseres tegen een vergoeding in natura werkzaamheden zou verrichten. Deze vergoeding in natura bestond uit het verrekenen van kleding die gedaagde kocht in de winkel van eiseres. Eiseres noch gedaagde heeft een bewijsstuk van deze afspraak overgelegd zodat ook in het midden moet blijven of het af te rekenen uurtarief zoals eiseres stelt EUR 7,00 of zoals gedaagde stelt EUR 7,50 bedroeg.
4.4. Gedaagde erkent kleding te hebben afgenomen maar betwist de omvang als door eiseres gesteld. Daar voegt gedaagde aan toe dat eiseres geen door gedaagde voor akkoord getekende bonnen in geding brengt. Eiseres stelt weliswaar bij repliek onder punt 8 dat op de diverse bonnen precies is vermeld welke contante deelbetalingen er gedaan zijn en hoeveel gewerkte uren er verrekend zijn. De kantonrechter stelt echter vast dat naar bon/factuur nummers wordt verwezen, terwijl op de bonnen van 15 maart 2005 en 28 mei 2005 niet eens een nummer vermeld is. Daarnaast stelt eiseres dat gedaagde na 21 juli 2004 geen werkzaamheden meer heeft verricht, terwijl op de bon met nummer 250072 de in nota bene januari 2007 door gedaagde gewerkte uren zijn verrekend.
4.5. De kantonrechter is van oordeel dat van eiseres als werkgeefster verlangd mag worden dat zij een correcte en overzichtelijke administratie voert op grond waarvan aanstonds duidelijk is wat de werkneemster op grond van de door haar verrichte werkzaamheden toekomt. Dat eiseres vervolgens - kennelijk om haar moverende redenen en doorgaans ongebruikelijke - op niet eenvoudige wijze vast te stellen afspraken met gedaagde heeft gemaakt komt dan ook geheel en al voor rekening en risico van eiseres. De vordering zal als onvoldoende onderbouwd worden afgewezen. Aan het door eiseres gedane bewijsaanbod zal de kantonrechter voorbij gaan. Eiseres zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure.
5. De beslissing
5.1. Wijst de vordering af.
5.2. Veroordeelt eiseres in de proceskosten aan de zijde van gedaagde geval¬len en tot aan dit vonnis begroot op EUR 50,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.P.F. van Dooren , kantonrechter, en ter openbare civiele terechtzitting op 25 november 2008 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.