ECLI:NL:RBROE:2009:BH4484
Rechtbank Roermond
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P.C.G. Brants
- J.H.P.M. Verhagen
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot benoeming van een bijzondere curator in familierechtelijke kwestie
In deze zaak heeft de rechtbank Roermond op 25 februari 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot benoeming van een bijzondere curator voor de minderjarige [minderjarige]. De man, die de biologische vader van de minderjarige claimt te zijn, heeft verzocht om de benoeming van een bijzondere curator die namens de minderjarige een verzoek tot vernietiging van de erkenning door de heer [A] kan indienen. De minderjarige is op 2 april 2007 erkend door de heer [A], met wie de vrouw, de moeder van de minderjarige, in een relatie was. De man heeft geen juridische erkenning van de minderjarige en stelt dat het in het belang van het kind is dat zijn biologische vader het formele vaderschap kan erkennen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de man niet behoort tot de personen die op grond van artikel 1:205 BW een verzoek tot vernietiging van de erkenning kan indienen. Dit artikel bepaalt dat alleen het kind zelf, de erkenner onder bepaalde voorwaarden, of de moeder in specifieke situaties een dergelijk verzoek kan indienen. De man is geen wettelijk vertegenwoordiger van de minderjarige en kan daarom niet worden ontvangen in zijn verzoek om een bijzondere curator te benoemen.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat het verzoek van de man niet kan worden gehonoreerd, omdat hij niet voldoet aan de wettelijke vereisten om een verzoek tot vernietiging van de erkenning in te dienen. De beslissing van de rechtbank is dat de man niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn verzoek. Deze uitspraak is gedaan door kinderrechter mr. P.C.G. Brants en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.