ECLI:NL:RBROE:2009:BH7622
Rechtbank Roermond
- Kort geding
- P.C.G. Brants
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake omgangsregeling tussen ouders na echtscheiding
In deze zaak heeft de Rechtbank Roermond op 11 maart 2009 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een vader en een moeder over de nakoming van een onderling overeengekomen omgangsregeling voor hun minderjarige kinderen. De vader vorderde dat de moeder zou worden veroordeeld tot het naleven van de omgangsregeling, waarbij hij iedere veertien dagen op zondagmiddag omgang zou hebben met de kinderen. De moeder voerde verweer en stelde dat er sprake was van huiselijk geweld en dat de omgang onder toezicht van de grootouders moest plaatsvinden. De rechtbank heeft vastgesteld dat het in het belang van de kinderen is dat zij regelmatig contact met hun vader hebben. De voorzieningenrechter oordeelde dat er geen contra-indicaties waren voor een vrijelijk contact tussen de vader en de kinderen en dat de moeder moest meewerken aan de overeengekomen regeling. De regeling houdt in dat de kinderen iedere veertien dagen op zondagmiddag van 13.00 uur tot 18.00 uur contact hebben met hun vader, waarbij de grootouders van vaderszijde de kinderen ophalen en terugbrengen. De voorzieningenrechter heeft geen dwangsom verbonden aan het niet nakomen van de regeling, omdat de moeder had toegezegd mee te werken. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.