ECLI:NL:RBROT:2000:AA6408
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.W.M. van Dooren
- S. Standaert-Dobbelaar
- Rechtspraak.nl
Tussenbeslissing inzake voorlopig deskundigenonderzoek in civiele procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 juli 2000 een beslissing genomen in een civiele procedure tussen de N.V. MAATSCHAPPIJ VAN ASSURANTIE, DISCONTERING EN BELEENING DER STAD ROTTERDAM ANNO 1720 (verzoekster) en een verweerster, die niet bij naam is genoemd. De rechtbank had eerder op 18 mei 2000 een tussenbeslissing gegeven waarin de verweerster de gelegenheid kreeg om akkoord te gaan met een voorlopig deskundigenonderzoek. Dit onderzoek zou uitgevoerd worden door twee deskundigen, waaronder een door de verweerster voorgestelde deskundige en een door de Stad Rotterdam voorgestelde deskundige, dr. [deskundige 1].
Echter, in een schrijven van 30 mei 2000 heeft de verweerster laten weten dat zij niet kan instemmen met een onderzoek door een van de drie door de Stad Rotterdam voorgestelde artsen. De rechtbank heeft in haar beslissing op 6 juli 2000, gegeven door mr. F.J.W.M. van Dooren, in tegenwoordigheid van griffier mr. S. Standaert-Dobbelaar, vastgesteld dat de verweerster heeft gepersisteerd in haar weigering om mee te werken aan het deskundigenonderzoek, zelfs niet in samenwerking met een van haar eigen voorgestelde deskundigen.
Hierdoor heeft de rechtbank, onder verwijzing naar de eerdere tussenbeslissing, zowel het verzoekschrift van de verzoekster als het zelfstandig verzoek van de verweerster afgewezen. De rechtbank verklaarde zich bevoegd om van het verzoekschrift kennis te nemen en wees beide verzoeken af, waarmee de procedure verder werd afgesloten zonder dat er een deskundigenonderzoek plaatsvond.