R E C H T B A N K R O T T E R D A M
sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 246317/HA ZA 05-2653
Uitspraak: 26 april 2006
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
[X],
wonende te [woonplaats],
eiser in conventie,
verweerder in reconventie,
procureur mr. R.P.L.H. Burger,
advocaat mr. N.D. Bauman te Pijnacker,
1. [Y],
2. [Z],
beiden wonende te [woonplaats],
gedaagden in conventie,
eisers in reconventie,
procureur mr. A.M. Berkhout.
Partijen worden hierna aangeduid als "[X]" respectievelijk "[Y] c.s".
1. Het verloop van het geding
De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
- dagvaarding d.d. 12 september 2005 en de door [X] overgelegde producties;
- conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie, met producties;
- tussenvonnis van deze rechtbank d.d. 16 november 2005, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- proces-verbaal van de comparitie van partijen, gehouden op 26 januari 2006;
- conclusie van antwoord in reconventie, genomen bij gelegenheid van de comparitie.
2. De vaststaande feiten in conventie en in reconventie
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, gelet ook op de in zoverre niet betwiste inhoud van in het geding gebrachte producties, staat tussen partijen - voorzover van belang - het volgende vast:
2.1
[Y] c.s. heeft in 2003 van [X] een showroomkeuken gekocht voor
€ 15.000,-. [Y] c.s heeft ter zake op 9 mei 2005 € 5.908,40 aan [X] betaald.
2.2
[X] heeft aan [Y] c.s., na diverse verzoeken van laatstgenoemde om een opdrachtbevestiging of factuur, een orderbevestiging met factuur gestuurd welke - onder meer - inhouden:
[naam]
(…)
Betreft: Orderbevestiging dd 12/09/03 (…)
Hierbij bevestigen wij U verkocht te hebben: keuken-meubelen, apparatuur en/of
werkzaamheden voor een totaal bedrag van €uro 15000.00 inclusief BTW, zoals
gespecificeerd op de volgende pagina's.
Betalingscondities: de besproken aanbetaling, middels de
eerste faktuur, bij levering volgt
de restant faktuur
Behoudens onvoorziene omstandigheden vindt de aflevering aan ons magazijn plaats in
week 43-03.
Wij danken U voor Uw opdracht en zullen voor een goede en zorgvuldige levering
zorgdragen.
(…)
FAKTUUR [naam]
Noordeindseweg 114
2651 CX Berkel en Rodenrijs
Betreft: orderbevestiging dd 12/09/03. client-nummer 513, volgnummer 757
Excl. BTW 19.0% BTW Incl. BTW
Totaal orderbevestiging: 12605.04 2394.96 15000.00
Reeds voldaan: 0.00 0.00 0.00
Restant te betalen: 12605.04 2394.96 15.000.00*
2.3
In november 2003 heeft [X] de keuken aan [Y] c.s geleverd en geplaatst. [X] heeft de keuken niet volledig afgewerkt en heeft het uitvoeren van een aantal werkzaamheden opgeschort.
2.4
Bij brief van 13 februari 2004 heeft de advocaat van [X] de rechtsbijstandsverzekeraar van [Y] c.s. onder meer als volgt bericht:
(…)
Cliënt is nog steeds bereid de keuken in de staat te brengen, zoals deze zich in de
showroom bevond.
(…)
Cliënt is niet bereid om de werkzaamheden te verrichten zonder volledige zekerheid
over de betaling van € 15.000,-. Cliënt is echter wel bereid uw cliënten tegemoet te komen
door genoegen te nemen met een bankgarantie voor genoemd bedrag welke door cliënt
kan worden ingewonnen na definitieve oplevering van de keuken. (…)
2.5
Bij brief van 9 maart 2004 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [Y] c.s. aan de advocaat van [X] met bijlage onder meer het volgende bericht:
(…)
Uw cliënt geeft aan geen vertrouwen te hebben in de betaling van cliënten. Welnu;
cliënten kunnen uw cliënt op dat punt gerust stellen. Zodra hij aan zijn verplichtingen uit
hoofde van de overeenkomst heeft voldaan, zullen zij de overeengekomen koopprijs
betalen. Er is een bouwdepot en daarin is het te betalen bedrag voor de keuken
gereserveerd.
(…)
Partijen stellen in gezamenlijk overleg een deskundige aan die tussen beide partijen
bindend zal oordelen over de vraag welke werkzaamheden nog dienen te worden verricht
om de keuken te laten beantwoorden aan de overeenkomst en om, indien de keuken niet
(geheel) in overeenstemming met de overeenkomst kan worden gebracht de daaruit voor
cliënten voortvloeiende schade vast te stellen. (…)
2.6
Bij brief van 14 april 2004 heeft de rechtsbijstandverzekeraar van [Y] c.s. aan de advocaat van [X] - onder meer - het volgende bericht.
Op mijn brief van 9 maart j.l. vernam ik niet.
(…)
Bijgaand (*) treft u aan een offerte, gedateerd 20 november 2003, afkomstig van Mentofix.
Hieruit blijkt dat de kosten van het in orde brengen van de keuken € 6.142,-. Daarbij is
geen rekening gehouden met de kosten van de loodgieter, die op € 1.000,- worden geschat.
Uw cliënt wordt alsnog in de gelegenheid gesteld om de keuken naar behoren af te
leveren. Indien uw cliënt dat wenst te doen, dient u dit binnen twee weken na heden
schriftelijk aan mij te berichten. De werkzaamheden dienen dan vervolgens binnen 4
weken na berichtgeving te zijn verricht. Indien de werkzaamheden naar tevredenheid van
cliënt zijn verricht, zal hij aan uw cliënt betaalbaar stellen een bedrag van € 15.000,-.
Iedere partij draagt dan zijn eigen kosten.
Bij gebreke van bovenstaande zal cliënt geen prijs meer stellen op nakoming. De
verbintenis tot nakoming wordt dan omgezet in een verbintenis tot schadevergoeding, op
de voet van het bepaalde in artikel 6:87 BW. Cliënt zal dan de werkzaamheden door
Mentofix laten verrichten. Na het verrichten van de werkzaamheden zal cliënt aan de uwe betaalbaar stellen een bedrag van € 7.858,-
Graag verneem ik binnen de hierboven gestelde termijn het standpunt van uw cliënt. Bij
gebreke van bericht gaat cliënt ervan uit dat uw cliënt akkoord gaat met het doen
verrichten van de werkzaamheden door Mentofix en betaling van € 7.858,-.
(…)
2.7
Bij brief van 27 april 2004 bericht de advocaat van [X] aan de rechtsbijstandverzekeraar van [Y] c.s., in antwoord op de onder 2.6 vermelde brief van 14 april 2004 - voor zover van belang - het volgende.
(…) Cliënt blijft bij zijn standpunt, dat hij zelf de keuken bij uw cliënten in orde wenst te
maken.
Cliënt gaat er uitdrukkelijk niet mee akkoord dat de werkzaamheden door Mentfix worden
uitgevoerd, zoals vermeld in hun offerte van 20 november 2003. De hierin genoemde werkzaamheden resulteren in een keuken, die niet door uw cliënten is aangeschaft. Zo is cliënt het niet eens met een granieten keukenblad ter waarde van € 3,590,- en zeker niet met de hoeveelheid tijd die is gereserveerd voor het plaatsen hiervan.
(…)
Cliënt wil deze werkzaamheden het liefst op zo kort mogelijke termijn verrichten, zodat hij
niet langer op zijn geld hoeft te wachten.
(…)
Cliënt zou er echter wel akkoord mee kunnen gaan indien uw cliënten voorafgaande aan
de herstelwerkzaamheden de aankoopprijs van € 15.000,- op mijn derdenrekening in depot
zouden storten, danwel voor dat bedrag een bankgarantie zouden afgeven. Gaarne
verneem ik of uw cliënten hiermee akkoord gaan.
(…)
2.8
In januari 2005 heeft [Y] c.s. opdracht gegeven aan Mentofix om de herstelwerkzaamheden aan de keuken uit te voeren. Mentofix heeft voor de herstelwerkzaamheden € 8.675,10 gefactureerd. Die factuur is door [Y] c.s. voldaan. Voor stucwerkzaamheden in de keuken heeft Gogolos Schilderwerken & Stucwerken te Rotterdam € 416,50 aan [Y] c.s. gefactureerd. [Y] c.s. heeft deze factuur voldaan.
3. De vordering in conventie
De vordering luidt - verkort weergegeven - om bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad [Y] c.s. te veroordelen tot betaling van € 9.091,60 aan [X] met rente en kosten.
Tegen de achtergrond van de vaststaande feiten heeft [X] aan de vordering de volgende stellingen ten grondslag gelegd:
3.1
Partijen zijn overeengekomen dat [Y] c.s. de gehele koopsom voorafgaand aan de plaatsing van de keuken in één keer zou voldoen. [Y] c.s is toerekenbaar tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst omdat hij de koopsom niet heeft betaald. Ook weigerde [Y] c.s. om op verzoek van [X] ter zekerheidsstelling van de betaling een inbare bankgarantie af te geven.
3.2
Ondanks het feit dat [Y] c.s. de koopsom voorafgaand aan de levering niet betaald heeft, heeft [X] de keuken in november 2002 geplaatst, erop vertrouwende dat [Y] c.s. na de plaatsing alsnog de koopsom zou betalen. [Y] c.s. heeft echter niet betaald. [X] heeft daarop bewust een aantal narooi-werkzaamheden uitgesteld totdat [Y] c.s betaald zou hebben.
3.3
[X] betwist dat de keuken een groot aantal gebreken vertoonde. [Y] c.s. heeft de keuken in de showroom ten minste tien maal bezichtigd en was volledig op de hoogte van de staat waarin de keuken verkeerde. [X] heeft [Y] c.s. duidelijk aangegeven dat hij van de onderhavige showroomkeuken geen nieuwe keuken mag verwachten.
[X] heeft diverse malen aan [Y] c.s. kenbaar gemaakt dat hij bereid was zelf de werkzaamheden af te maken. [Y] c.s. heeft de werkzaamheden echter door een derde laten uitvoeren. [X] betwist dat hij gehouden is de kosten daarvan te dragen. [X] is het niet eens met de verrichte werkzaamheden en de hoeveelheid tijd van 70 uur die daarvoor gebruikt is. Bovendien is er gebruik gemaakt van materialen die de keuken in een betere staat hebben gebracht dan de keuken die [Y] c.s. gekocht heeft. [X] is het dan ook niet eens met verrekening van de werkzaamheden door de derde met de aankoopsom.
4. Het verweer in conventie
Het verweer strekt tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van [X] in de kosten van het geding.
[Y] c.s. heeft daartoe het volgende aangevoerd:
4.1
[Y] c.s. betwist dat is afgesproken dat [Y] c.s. de volledige koopsom, dan wel enig ander bedrag, voorafgaand aan de levering zou voldoen.
De opdrachtbevestiging vermeldt niets over betaling vooraf, maar noemt slechts een aanbetaling. Over de hoogte van een eventuele aanbetaling hebben partijen nooit gesproken. Tevens heeft [Y] c.s. nimmer een factuur voor een aanbetaling van [X] ontvangen.
Indien [Y] c.s. inderdaad gehouden zou zijn tot betaling van de volledige koopsom had het op de weg van [X] gelegen om voor de levering [Y] c.s. tenminste aan te manen en bij het uitblijven van de betaling de levering van de keuken op te schorten. Dat is niet gebeurd.
4.2
De keuken voldeed niet aan de luxe designkeuken die [Y] c.s. op grond van de overeenkomst kon en mocht verwachten. De door [X] geleverde keuken vertoonde gebreken. Het granieten werkblad werd deels geleverd en was gescheurd, de afzuigkap werd op een verkeerde plaats in het plafond gemonteerd, de apparatuur kon niet worden aangesloten, er zaten scheuren en deuken in de kastjes en er waren nog vele andere gebreken.
Door de gebrekkige levering is [X] tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst en is [Y] c.s. gerechtigd te betaling van de koopsom op te schorten. [Y] c.s. heeft [X] aangemaand om binnen een redelijke termijn de gebreken te herstellen, bij gebreke waarvan hij de opdracht aan een derde zou geven. Nu [X] niet overging tot de herstelwerkzaamheden, was [Y] c.s. gerechtigd de werkzaamheden door een derde uit te laten voeren en de kosten voor de herstelwerkzaamheden te verrekenen met de koopsom.
5. De vordering in (voorwaardelijke) reconventie
De vordering luidt - verkort weergegeven - om bij vonnis [X] te veroordelen tot betaling van € 9.091,60 aan [Y] c.s. met rente en kosten.
Aan deze vordering heeft [Y] c.s. naast hetgeen in conventie als verweer is aangevoerd, de volgende stellingen ten grondslag gelegd:
Indien de rechtbank van mening is dat [Y] c.s. niet gerechtigd was om de herstelkosten te verrekenen met de koopsom, dan vordert [Y] c.s. de herstelkosten van [X] bij wege van reconventionele vordering.
6. Het verweer in (voorwaardelijke) reconventie
Het verweer strekt tot afwijzing van de vordering, met veroordeling van [Y] c.s. in de kosten van het geding.
Naast hetgeen [X] in conventie heeft betoogd, heeft [X] daartoe het volgende aangevoerd:
De keuken diende alleen nog te worden afgewerkt. Door de derde is drie keer zoveel uren werk verricht als [X] nodig gehad zou hebben. Bovendien hebben de gebruikte materialen de keuken in een betere staat gebracht dan waarin [X] de keuken aan [Y] c.s. heeft verkocht.
7.1
[X] vordert van [Y] c.s. betaling van de koopsom, verminderd met het reeds door [Y] c.s. betaalde. [X] legt aan zijn vordering ten grondslag dat [Y] c.s. toerekenbaar tekortgeschoten is in de nakoming van de koopovereenkomst en stelt daartoe dat partijen overeengekomen zijn dat [Y] c.s. de koopsom voorafgaand aan de levering van de keuken zou voldoen. Ter comparitie heeft [X] echter verklaard dat [X] met [Y] c.s. heeft afgesproken dat [Y] c.s. 80% van de koopsom voor de levering en 20% bij oplevering van de keuken zou voldoen. De rechtbank stelt vast dat, nu tussen partijen vaststaat dat de keuken door [X] niet is opgeleverd, dit nieuwe standpunt van [X] meebrengt dat [X] op grond van de door hem gestelde afspraak hooguit 80% van € 15.000,- opeisbaar van [Y] c.s. te vorderen kan hebben.
[X] stelt dat hij terecht een deel van zijn plaatsingswerkzaamheden heeft opgeschort in verband met het uitblijven van de betaling door [Y] c.s.. [Y] c.s. betwist deze afspraak met [X] en stelt dat hij terecht de betaling van de keuken heeft opgeschort omdat [X] de keuken ondeugdelijk heeft geleverd en geplaatst.
7.2
Nu [Y] c.s. de door [X] gestelde afspraak over het moment van betaling van 80% van de verkoopprijs gemotiveerd heeft betwist, had [X] slechts dan een opschortingsrecht indien hij de afspraak bewijst dat [Y] c.s. en [X] overeen zijn gekomen dat [Y] c.s. voorafgaand aan de levering van de keuken 80% van de koopsom zou betalen. Anders dan [X] stelt, is dit bewijs niet af te leiden uit de orderbevestiging en de factuur d.d. 12 september 2003 nu daaruit niet zonder meer is op te maken dat een dergelijke afspraak zou bestaan. Weliswaar vermeldt de orderbevestiging als betalingscondities "de besproken aanbetaling, middels de eerste factuur, bij levering volgt de restant factuur", maar de meegestuurde factuur d.d. 12/09/03 noemt als "restant te betalen" het bedrag van € 15.000,-, en dit bedrag komt niet overeen met 80% van de koopsom.
[X] zal overeenkomstig zijn aanbod daartoe tot het bewijs van zijn stelling worden toegelaten.
7.3
In het geval [X] in zijn bewijs slaagt, heeft [Y] c.s. niet aan zijn betalingsverplichting voldaan, immers vast staat dat [Y] c.s. vóór de levering niets aan [X] heeft betaald. Gelet op artikel 6:83 onder a BW is [Y] c.s. alsdan in verzuim geraakt zodat hem in dat geval geen opschortingsrecht toekwam en ook niet de bevoegdheid tot omzetting van de verbintenis in een tot vervangende schadevergoeding op grond van artikel 6:87 BW, of verrekening. In dat geval is derhalve de vordering van [X] toewijsbaar tot het verschil tussen het reeds betaalde bedrag en 80% van de koopsom, derhalve € 6.091,60.
7.4
Indien [X] niet in het bewijs slaagt, ontbreekt de door [X] gestelde grondslag van zijn vordering zodat deze dan niet kan worden toegewezen.
7.5
In afwachting van de bewijsvoering wordt iedere verdere beslissing aangehouden.
In (voorwaardelijke) reconventie
7.6
[Y] c.s. heeft [X] meerdere malen in de gelegenheid gesteld om alsnog deugdelijk na te komen. Bij brief van 14 april 2004 heeft [Y] c.s. aan [X] medegedeeld dat bij gebreke van behoorlijke levering [Y] c.s. geen prijs meer stelt op nakoming en dat de verbintenis tot nakoming dan wordt omgezet in een verbintenis tot schadevergoeding in de zin van artikel 6: 87 BW. Bij brief van 27 april 2004 heeft mr. Bauman namens [X] bericht dat [X] de werkzaamheden zal verrichten onder de voorwaarde dat [Y] c.s. de koopsom van € 15.000,- in een depot stort, dan wel daarvoor een bankgarantie afgeeft. Een dergelijke voorwaarde maakt echter geen deel uit van de tussen partijen gesloten overeenkomst en deze voorwaarde is daarvoor al niet door [Y] c.s. geaccepteerd. [X] kon dan ook niet deze voorwaarde verbinden aan nakoming van de op hem resterende verplichting de keuken deugdelijk te leveren.
7.7
[X] is zijn verplichting uit de overeenkomst, het deugdelijk leveren van de keuken, niet alsnog nagekomen binnen de bij brief van 14 april 2004 door [Y] c.s. gestelde termijn, waardoor [X] in verzuim is geraakt. Nu de nakoming door [X] niet blijvend onmogelijk was en [X] in verzuim verkeerde, kon [Y] c.s. op grond van artikel 6:87 BW de bestaande verbintenis omzetten in een verbintenis tot het betalen van een vervangende schadevergoeding. Door de omzetting is de oorspronkelijke verbintenis teniet gegaan en er is een verbintenis tot vervangende schadevergoeding ontstaan.
7.8
[Y] c.s. heeft een specificatie overgelegd van de door de door hem ingeschakelde bedrijven verrichte werkzaamheden.
[X] heeft de hoogte van de kosten zoals die door Mentofix zijn doorberekend betwist en heeft daarbij aangegeven dat Mentofix te veel uren heeft gedeclareerd en dat de keuken in een betere staat is gebracht dan de staat waarin de keuken is gekocht.
Het had op de weg van [X] gelegen om tegenover de gespecificeerde factuur van Mentofix een gespecificeerd overzicht in te brengen van de volgens hem nog uit te voeren werkzaamheden en de bijbehorende uren, en per betwiste post gespecificeerd aan te geven welke kosten wel redelijk zijn volgens hem.
Nu hij dit heeft nagelaten, gaat de rechtbank uit van de aan de herstelwerkzaamheden verbonden kosten zoals die door [Y] c.s. zijn gesteld. Dit leidt alleen uitzondering voor de post "blad". Tegenover de daarvoor door Mentofix gehanteerde prijs (zij het met inbegrip van "spoelbak") van € 2.750,- staat de factuur die [X] bij comparitie heeft overgelegd en die volgens [X] zou uitmonden in een te factureren bedrag van € 600,-. Nu dit punt wel voldoende gemotiveerd is betwist, dient [Y] c.s. te bewijzen dat het door Mentofix geplaatste blad van vergelijkbare kwaliteit is als het met [X] afgesproken blad. Uit proces-economisch oogpunt mag [Y] c.s. dit bewijs nu al leveren.
7.9
In afwachting van de bewijsvoering wordt iedere verdere beslissing aangehouden.
alvorens verder te beslissen,
draagt [X] op te bewijzen dat partijen overeengekomen zijn dat [Y] c.s 80% van de koopsom voorafgaand aan de levering van de keuken zou voldoen;
in (voorwaardelijke) reconventie
alvorens verder te beslissen,
draagt [Y] c.s. op te bewijzen dat het door Mentofix geplaatste blad van een vergelijkbare kwaliteit is als het met [X] afgesproken blad;
in conventie en in (voorwaardelijke) reconventie
bepaalt dat indien partijen dit bewijs willen leveren door het doen horen van getuigen, deze zullen worden gehoord in het gebouw van deze rechtbank voor de rechter mr. T.F. Hesselink;
bepaalt dat de procureurs binnen twee weken na vonnisdatum opgave moeten doen van de voor te brengen getuigen en de verhinderdata van de betrokkenen aan hun zijde in de maanden mei tot oktober 2006 en dat de procureurs binnen dezelfde termijn opgave moeten doen van de verhinderdata van de betrokkenen aan hun zijde in dezelfde periode, waarna dag en uur van de verhoren zullen worden bepaald;
bepaalt dat het aan de hand van de opgaven vastgestelde tijdstip, behoudens dringende redenen, niet zal worden gewijzigd;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.F. Hesselink.
Uitgesproken ter openbare terechtzitting.
1158/777