ECLI:NL:RBROT:2006:AW9237
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van de Grampel
- A. Derkx
- J. Geurts - De Veld
- Rechtspraak.nl
Plaatsing van verdachte in psychiatrische kliniek onder ISD-maatregel
Op 5 april 2006 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die ten tijde van het onderzoek preventief gedetineerd was in de Penitentiaire Inrichting Rijnmond. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair ten laste gelegde feit, maar bewezen verklaard dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan subsidiaire oplichting. De officier van justitie had vrijspraak geëist van het primair ten laste gelegde en een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders voor twee jaar, zonder aftrek van de tijd in voorlopige hechtenis. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen, waaronder zijn psychische problematiek en drugsgebruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte een ziekelijke stoornis heeft, maar niet volledig ontoerekeningsvatbaar is. De verdachte heeft onvoldoende inzicht in zijn stoornis en het negatieve effect van zijn drugsgebruik. De rechtbank heeft besloten dat een gestructureerde omgeving, zoals een psychiatrische kliniek, noodzakelijk is voor de verdachte om zijn gedrag te verbeteren en recidive te voorkomen. De rechtbank heeft de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders opgelegd voor de maximale duur van twee jaar, met een tussentijdse beoordeling na zes maanden. De vordering tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf is afgewezen, omdat de rechtbank van mening is dat de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders effectiever zal zijn voor de verdachte.