ECLI:NL:RBROT:2007:BA1291
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L. de Loor-Alwin
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van tussentijds hoger beroep in civiele procedure
In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Rotterdam op 14 februari 2007 uitspraak gedaan in een incident waarbij de vraag aan de orde was of tussentijds hoger beroep tegen een tussenvonnis moest worden toegestaan. De zaak betreft een geschil tussen Computtel North America Inc. en Vege Holding B.V. In een eerder tussenvonnis van 11 oktober 2006 had de rechtbank de incidentele vordering van Vege afgewezen en de zaak naar de rol verwezen voor conclusie van antwoord in de hoofdzaak. Vege verzocht de rechtbank om tussentijds hoger beroep toe te staan, omdat de bevoegdheidsvraag een principieel punt betreft en een andere beslissing zou leiden tot een aanzienlijke bekorting van de procedure. Computtel verzette zich tegen dit verzoek. De rechtbank oordeelde dat, hoewel Computtel bezwaar had gemaakt, er bijzondere omstandigheden waren die het doelmatiger maakten om van de hoofdregel af te wijken. De rechtbank achtte het om redenen van proceseconomie wenselijk om het verzoek van Vege te honoreren en stond tussentijds hoger beroep toe. De procedure in de hoofdzaak werd in afwachting van het hoger beroep naar de parkeerrol verwezen. De uitspraak benadrukt het belang van proceseconomie in civiele procedures en de mogelijkheid om tussentijds hoger beroep toe te staan onder bijzondere omstandigheden.