ECLI:NL:RBROT:2007:BA3259
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Letselschade en berekening toekomstige materiële schade bij verlies arbeidsvermogen
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam, heeft de rechtbank op 21 maart 2007 uitspraak gedaan in een letselschadezaak. Eiser, wonende te Nootdorp, heeft schadevergoeding gevorderd van de naamloze vennootschap Schadeverzekering Maatschappij Erasmus N.V., gevestigd te Rotterdam, naar aanleiding van een ongeval dat heeft geleid tot blijvend letsel en aantasting van zijn verdienvermogen. De rechtbank heeft kennisgenomen van eerdere vonnissen en tussenvonnissen, waarbij reeds schadeposten zijn toegewezen. De totale schadevergoeding die eerder is vastgesteld bedraagt € 13.316,29. Eiser heeft verzocht om een belastinggarantie, welke door Erasmus is aangeboden.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er een discrepantie is ontstaan in de schadeberekening, die voortkwam uit een vergissing. Eiser had de schadeberekening laten opstellen door NRL, maar de instructies aan deze deskundige waren niet duidelijk. Erasmus heeft bezwaar gemaakt tegen de kapitalisatiedatum die door eiser was voorgesteld, namelijk 1 januari 1994. De rechtbank heeft geoordeeld dat bij materiële schade de reeds geleden schade moet worden opgeteld en verrekend met de voorschotten. Dit betekent dat een nieuwe berekening moet worden gemaakt, waarbij de schade tot de leeftijd van 65 jaar in aanmerking wordt genomen.
De rechtbank heeft partijen aangespoord om samen te werken aan de nieuwe berekening en heeft hen verzocht om het NRL in te schakelen voor de berekening van de totale rente-component. De zaak is verwezen naar de rol van 25 april 2006 voor het nemen van een akte door eiser. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke instructies bij schadeberekeningen en de noodzaak om toekomstige schade op een realistische manier te kapitaliseren.