ECLI:NL:RBROT:2007:BA6218
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van Zelm van Eldik
- A. van de Laarschot
- M. de Loor-Alwin
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident in een geschil over gecombineerd vervoer van goederen
In deze zaak, die zich afspeelt voor de Rechtbank Rotterdam, betreft het een bevoegdheidsincident in een geschil over een overeenkomst tot gecombineerd vervoer van goederen. De partijen in deze zaak zijn IF Skadeförsäkring AB, handelend onder de naam IF P&C Insurance Ltd., en SIF Ltd. als eiseressen, en Eimskipafelag Islands ehf. als gedaagde. De rechtbank heeft op 11 april 2007 uitspraak gedaan in het incident, waarbij zij zich bevoegd heeft verklaard om van de vorderingen van IF en SIF kennis te nemen. Eimskip had zich in het incident onbevoegd verklaard, met als argument dat de overeenkomst een forumkeuze voor de IJslandse rechter bevatte. De rechtbank oordeelde echter dat de CMR (Convention on the Contract for the International Carriage of Goods by Road) van toepassing was, en dat de plaats van inontvangstneming van de goederen in Rotterdam lag, waardoor de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft. De rechtbank heeft Eimskip veroordeeld in de proceskosten van het incident en bepaald dat hoger beroep mogelijk is zonder het eindvonnis in de hoofdzaak af te wachten. De zaak is vervolgens verwezen naar de rol voor conclusie van antwoord op 11 juli 2007. De uitspraak benadrukt de toepassing van de CMR en de internationale bevoegdheid van de rechtbank in het kader van het vervoer van goederen over de weg.