ECLI:NL:RBROT:2007:BA7869
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Hofmeijer-Rutten
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid van verzekeringstussenpersoon voor ontoereikende verzekering en verjaring van vordering
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 18 april 2007 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Vartech BV en Marsh BV. Vartech, een bedrijf dat zich bezighoudt met de recycling van afval, heeft Marsh, haar verzekeringstussenpersoon, aangesproken voor schade die voortvloeide uit een defect aan een Vartech-reactor. Dit defect leidde tot extra kosten voor Vartech, waarvoor zij een claim indiende bij haar verzekeraars. Marsh had Vartech een verzekering aangeboden die dekking bood voor bedrijfsschade en extra kosten, maar de verzekeraars weigerden de schadevergoeding voor bedrijfsschade, omdat zij meenden dat er geen omzetderving had plaatsgevonden. Vartech vorderde daarom een schadevergoeding van Marsh, stellende dat Marsh tekortgeschoten was in haar verplichtingen door een ontoereikende verzekering te adviseren.
De rechtbank heeft in haar vonnis de vordering van Vartech beoordeeld en geconcludeerd dat de vordering verjaard was, omdat de schade dateerde van juni 2000 en de dagvaarding pas in juli 2006 was uitgebracht. Marsh stelde dat Vartech niet tijdig had gereageerd op de schade en dat er geen formele aansprakelijkstelling had plaatsgevonden voor de verjaringstermijn. Vartech voerde aan dat Marsh haar had verzocht om de aansprakelijkstelling uit te stellen, wat de rechtbank in overweging nam. De rechtbank oordeelde dat Vartech mocht vertrouwen op de goede trouw van Marsh en dat het beroep op verjaring door Marsh in dit geval onaanvaardbaar was. De rechtbank heeft Vartech toegelaten tot bewijs van haar stellingen over de aansprakelijkheid van Marsh.
De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van verzekeringstussenpersonen en de noodzaak voor verzekerden om hun rechten tijdig te bewaken, maar ook de rol van goede trouw in de relatie tussen verzekerde en makelaar.