ECLI:NL:RBROT:2008:BD2577

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 mei 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
297278 / HA ZA 07-3047
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijwaringsincident en ontvankelijkheid in civiele procedure

In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Rotterdam, ging het om een vrijwaringsincident dat werd ingeleid door de gedaagde partij, [gedaagde]. Deze vorderde dat de rechtbank zou bepalen dat de heer [in vrijwaring op te roepen partij], wonende te [plaats], zou worden gedagvaard om te antwoorden op de eis tot vrijwaring. De gedaagde stelde dat de overeenkomst waarop de eiseres, Credivance N.V., haar vordering in de hoofdzaak baseerde, onder druk was gesloten door de heer [in vrijwaring op te roepen partij]. Credivance betwistte de ontvankelijkheid van de gedaagde in het incident, omdat deze haar conclusie niet tijdig had ingediend, namelijk vóór de roldatum voor het nemen van de conclusie van antwoord. Credivance verzocht de rechtbank om de gedaagde niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering in het incident.

De rechtbank oordeelde dat het verweer van Credivance niet kon worden gehonoreerd. De rechtbank merkte op dat het verweer van de gedaagde in de hoofdzaak vrijwel samenviel met de onderbouwing van de incidentele conclusie. De rechtbank vond dat de gedaagde geen rechtens te respecteren belang had bij een andere indeling van het processtuk, dat op praktische wijze in één document was samengevoegd. De rechtbank besloot de incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring toe te wijzen, aangezien deze niet was weersproken en op de wet was gegrond. De uitspraak over de kosten werd gereserveerd tot de einduitspraak in de hoofdzaak.

De rechtbank heeft in het incident de gedaagde toegestaan om de heer [in vrijwaring op te roepen partij] te dagvaarden tegen de roldatum van 4 juni 2008, teneinde op de eis in vrijwaring te antwoorden en voort te procederen. De beslissing in de hoofdzaak werd aangehouden, wat betekent dat er op dat moment geen verdere beslissingen werden genomen over de hoofdzaak.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 297278 / HA ZA 07-3047
Uitspraak: 7 mei 2008
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
de naamloze vennootschap CREDIVANCE N.V. voorheen genaamd FORTIS ASR FINANCIERINGEN N.V., daarvoor genaamd AMEV FINANCIERINGEN N.V.,
gevestigd te Bunnik,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
procureur mr. P.C. Ouwendijk,
- tegen -
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
procureur mr. P.H.A. de Boer.
Partijen in het incident worden hierna aangeduid als "Credivance" respectievelijk "[gedaagde]".
1 Het verloop van het geding
De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
- de dagvaarding van 28 november 2007 en de daarbij overgelegde producties;
- de conclusie van antwoord tevens houdende incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring;
- de conclusie van antwoord in het incident tevens akte tot referte.
2 De beoordeling in het incident
2.1 [gedaagde] vordert in het incident te bepalen dat de heer [in vrijwaring op te roepen partij], wonende te [plaats], tegen een door de rechtbank te bepalen terechtzitting op verzoek van [gedaagde] zal worden gedagvaard teneinde op de eis tot vrijwaring te antwoorden en voort te procederen.
2.2 [gedaagde] stelt daartoe aan dat de overeenkomst die door Credivance in de hoofdzaak ten grondslag wordt gelegd aan haar vordering door [gedaagde] is gesloten onder druk van [in vrijwaring op te roepen partij]. [gedaagde] stelt voorts dat zij met [in vrijwaring op te roepen partij] is overeengekomen dat hij de uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen op zich zou nemen.
2.3 Credivance wijst erop dat [gedaagde] haar conclusie in het incident niet vóór alle weren op de voor het nemen van de conclusie van antwoord bepaalde roldatum heeft genomen. Om die reden dient [gedaagde] in de visie van Credivance niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar vordering in het incident, althans dient die vordering te worden afgewezen. Met betrekking tot de inhoudelijke gronden in vrijwaring refereert Credivance zich - subsidiair - aan het oordeel van rechtbank.
2.4 De rechtbank verwerpt het verweer van Credivance. Het door [gedaagde] gevoerde verweer in de hoofdzaak valt vrijwel samen met de onderbouwing van de incidentele conclusie. Een en ander is op praktische wijze in één processtuk gecombineerd in acht korte alinea's. Credivance heeft naar het oordeel van de rechtbank geen rechtens te respecteren belang bij een andere indeling van dat processtuk.
2.5 De incidentele vordering tot oproeping in vrijwaring is voor toewijzing vatbaar nu deze voor het overige niet is weersproken en op de wet is gegrond.
2.6 De uitspraak over de kosten zal worden gereserveerd tot de einduitspraak in de hoofdzaak.
3 De beslissing
De rechtbank,
in het incident
staat [gedaagde] toe om [in vrijwaring op te roepen partij], wonende te [plaats], te dagvaarden tegen de roldatum van woensdag 4 juni 2008 teneinde op de eis in vrijwaring te antwoorden en voort te procederen;
reserveert de uitspraak over de kosten tot de einduitspraak in de hoofdzaak;
in de hoofdzaak
houdt iedere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. C. Bouwman.
Uitgesproken in het openbaar.
1729