ECLI:NL:RBROT:2008:BD3190
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. van Zelm van Eldik
- Rechtspraak.nl
Bewijsbeoordeling en verjaring van stuitingsbrieven in civiele procedure
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Rotterdam, is op 23 april 2008 een vonnis gewezen in de zaak met nummer 179770/HA ZA 02-1524. De rechtbank heeft kennisgenomen van eerdere vonnissen en de getuigenverhoren die in deze zaak hebben plaatsgevonden. De eiseres, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid gevestigd te Rotterdam, heeft gesteld dat zij stuitingsbrieven heeft verzonden naar de gedaagde, een rechtspersoon gevestigd in Bagdad, Irak. De rechtbank heeft de bewijslevering van eiseres beoordeeld, waarbij de vraag centraal stond of de stuitingsbrieven daadwerkelijk zijn bezorgd bij de gedaagde. De rechtbank heeft getuigen gehoord, waaronder een koerier en een medewerker van de gedaagde, die beiden verklaringen hebben afgelegd over de bezorging van de brieven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verklaringen van de koerier en de gedaagde niet voldoende geloofwaardig zijn om te concluderen dat de brieven zijn ontvangen. De rechtbank heeft geoordeeld dat eiseres niet heeft bewezen dat de stuitingsbrieven zijn bezorgd, waardoor de vordering van eiseres is verjaard. De rechtbank heeft de vordering van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn begroot op een totaal van € 3.632,- aan vast recht, € 670,- aan overige verschotten en € 11.238,50 aan salaris van de procureur.