ECLI:NL:RBROT:2008:BD9681
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verweerder in kort geding afgewezen vordering tot hervatting maandelijkse aflossingen van lening
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 12 juni 2008, hebben eisers, [eiser sub 1] en Lely Hoff B.V., een kort geding aangespannen tegen Hoeksche Beheer B.V. De eisers vorderden dat Hoeksche Beheer zou worden veroordeeld tot hervatting van de maandelijkse aflossingen van een lening van € 3.500,--, met terugwerkende kracht tot maart 2008. De achtergrond van de zaak betreft een lening die door Hoeksche Beheer aan eisers was verstrekt, waarvan de aflossingen tot en met januari 2008 waren voldaan, maar daarna stopgezet. Hoeksche Beheer voerde verweer en stelde dat zij zich op verrekening beroept, omdat zij vorderingen op [eiser sub 1] had. De voorzieningenrechter oordeelde dat voor verrekening vereist is dat de schuldenaar een prestatie te vorderen heeft die beantwoordt aan zijn schuld jegens dezelfde wederpartij, wat in dit geval niet het geval was. De voorzieningenrechter concludeerde dat er onvoldoende bewijs was voor de vorderingen van Hoeksche Beheer op [eiser sub 1] in privé, en dat de eisers niet voldoende aannemelijk hadden gemaakt dat er sprake was van onverwijlde spoed die een onmiddellijke voorziening rechtvaardigde. De vordering van eisers werd afgewezen, en zij werden veroordeeld in de proceskosten van Hoeksche Beheer.