ECLI:NL:RBROT:2008:BG8331
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding wegens onterecht afgegeven containers onder cabotage-overeenkomst
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Rotterdam, ging het om een vordering tot schadevergoeding door [eiser] tegen Samskip B.V. wegens het onterecht afgeven van lege containers. De rechtbank deed uitspraak in een tussenvonnis op 8 augustus 2007, waarin werd aangenomen dat Samskip de containers onder de cabotage-overeenkomst had ontvangen. Echter, voor container (3) werd een uitzondering gemaakt, omdat deze al was afgegeven voordat de overeenkomst was gesloten. De rechtbank vroeg partijen om zich uit te laten over de relatie tussen deze container en de cabotage-overeenkomst. In het eindvonnis van 17 december 2008 werd de bewijsvoering van [eiser] beoordeeld, die stelde dat hij een financiering had moeten afsluiten door het niet betalen van Samskip na de afgifte van de containers. De rechtbank oordeelde dat [eiser] niet voldoende bewijs had geleverd voor het causaal verband tussen de tekortkoming van Samskip en de noodzaak om een financiering af te sluiten. De rechtbank wees de vordering tot vergoeding van rentelasten af en oordeelde dat Samskip aansprakelijk was voor de schade die voortvloeide uit de afgifte van de overige containers. Uiteindelijk werd Samskip veroordeeld tot betaling van € 9.444,44 aan [eiser], vermeerderd met wettelijke rente.