ECLI:NL:RBROT:2009:BI1361
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- E.M.M. Engbers
- A.J.M. de Ronde
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen verlenging huisverbod ongegrond verklaard en verzoek om voorlopige voorziening afgewezen
Op 12 maart 2009 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoeker beroep had ingesteld tegen de verlenging van een huisverbod. Het huisverbod was oorspronkelijk opgelegd op 24 februari 2009 en verlengd op 6 maart 2009. Verzoeker stelde dat het besluit tot verlenging van het huisverbod ongegrond was, omdat hij meende dat de dreiging van ernstig en direct gevaar voor de veiligheid van zijn vrouw en kinderen niet meer aanwezig was. Hij had ook een verzoek ingediend voor een voorlopige voorziening om het huisverbod te schorsen, omdat hij het contact met zijn jongste zoon wilde herstellen.
De voorzieningenrechter oordeelde dat het verzoek tot voorlopige voorziening werd afgewezen, omdat verzoeker geen belang meer had bij deze voorziening na de uitspraak in de hoofdzaak. De rechter concludeerde dat de dreiging voor de veiligheid van de vrouw en kinderen nog steeds aanwezig was, en dat de hulpverlening, die verzoeker niet noodzakelijk vond, nog niet op gang was gekomen. De rechter wees erop dat de belangen van verzoeker, zoals het veiligstellen van bankgegevens en contact met zijn jongste zoon, konden worden geregeld via hulpverlening, maar dat dit geen grond vormde om het besluit tot verlenging van het huisverbod te schorsen of te vernietigen.
De uitspraak benadrukte dat de situatie tussen partijen ernstig was, met eerdere incidenten die als escalatie werden beschouwd. De voorzieningenrechter concludeerde dat de belangen van de veiligheid van de vrouw en kinderen zwaarder wogen dan de belangen van verzoeker. De uitspraak werd gedaan door mr. E.M.M. Engbers, voorzieningenrechter en kinderrechter, en werd ondertekend door griffier A.J.M. de Ronde.