ECLI:NL:RBROT:2009:BJ9010
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vertegenwoordigingsbevoegdheid van vennoten van een vennootschap onder firma in relatie tot het handelsregister
In deze zaak, uitgesproken op 16 september 2009 door de Rechtbank Rotterdam, staat de vertegenwoordigingsbevoegdheid van vennoten van een vennootschap onder firma (vof) centraal. Eiseres, Intrum Justitia Nederland B.V., heeft gedaagden, waaronder een vennoot van de vof, aangesproken voor een openstaande schuld van € 7.512,91, voortvloeiend uit twee overeenkomsten met Vodafone Libertel N.V. De gedaagden hebben de vordering betwist, met als argument dat de vennoot die de overeenkomsten heeft gesloten, onbevoegd was om dit te doen, zoals blijkt uit de inschrijving in het handelsregister. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de vennoten beperkt is tot bedragen van € 500,=, en dat de overeenkomsten een groter belang hebben. Hierdoor is de vof niet gebonden aan de overeenkomsten en zijn de vorderingen van Intrum Justitia tegen gedaagden afgewezen. De rechtbank heeft Intrum Justitia veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, terwijl gedaagde sub 3 in de kosten van de procedure is veroordeeld. De uitspraak benadrukt het belang van de inschrijving in het handelsregister voor de rechtszekerheid in het economisch verkeer.