ECLI:NL:RBROT:2009:BK3477
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid vader voor medische kosten bij bevalling zonder behandelovereenkomst
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 4 november 2009 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de Stichting Medisch Centrum Rijnmond Zuid (MCRZ) en een vader, aangeduid als [gedaagde]. MCRZ vorderde betaling van medische kosten die gemaakt zijn tijdens de bevalling van het kind van [gedaagde]. De vader had echter (nog) niet het ouderlijk gezag over het kind en er was geen behandelovereenkomst tussen hem en het ziekenhuis afgesloten. De rechtbank oordeelde dat de vader niet aansprakelijk kon worden gesteld voor de kosten, omdat hij niet als partij bij de behandelovereenkomst kon worden beschouwd. De rechtbank baseerde haar oordeel op de relevante artikelen uit het Burgerlijk Wetboek, met name artikel 7:465 en 7:466, die betrekking hebben op de verplichtingen van hulpverleners en de toestemming van ouders voor medische behandelingen. De rechtbank concludeerde dat MCRZ niet had aangetoond dat [gedaagde] de kosten van de medische behandeling op zich had genomen, en dat de veronderstelde toestemming van de vader niet voldoende was om hem als opdrachtgever te beschouwen. MCRZ's vordering werd afgewezen, en de rechtbank veroordeelde MCRZ in de proceskosten van [gedaagde].