ECLI:NL:RBROT:2010:BL1443
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Vrolijk
- H.L. de Gruijl-van Benthem
- E.M.M. Engbers
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in strafzaak met complexe materie en belangen van de verdediging
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 19 januari 2010 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door de verdediging van verzoeker, die betrokken was bij een strafzaak. De wraking was gebaseerd op de vrees voor partijdigheid van de rechters, naar aanleiding van hun beslissing om een verzoek tot aanhouding van de behandeling van klaagschriften af te wijzen. De verdediging stelde dat de rechters niet voldoende rekening hadden gehouden met de afwezigheid van de vaste raadsman, mr. S. Koster, die in het buitenland was en niet in staat was om de zaak voor te bereiden. De rechtbank oordeelde echter dat de verdediging tijdig op de hoogte was van de zittingsdatum en voldoende gelegenheid had om zich voor te bereiden. De rechters stelden dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor een vooringenomenheid en dat de beslissing om de behandeling niet aan te houden niet onbegrijpelijk was. De rechtbank benadrukte dat een processuele beslissing op zich geen grond voor wraking kan zijn, tenzij deze dermate onbegrijpelijk is dat deze de schijn van partijdigheid oproept. De rechtbank concludeerde dat de wraking ongegrond was en wees het verzoek af.