ECLI:NL:RBROT:2010:BN0827
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Tijdelijk huisverbod opgelegd aan eiser wegens huiselijk geweld
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 juni 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en de burgemeester van de gemeente Rotterdam. Eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van de burgemeester, dat hem een tijdelijk huisverbod oplegde op 16 april 2010. Dit huisverbod was opgelegd naar aanleiding van een incident van huiselijk geweld waarbij de belanghebbende, de partner van eiser, gewond was geraakt. Eiser betwistte de aangifte van mishandeling en stelde dat er geen gevaar voor herhaling van het geweld was, omdat de belanghebbende op het moment van de oplegging van het huisverbod de woning had verlaten.
De rechtbank overwoog dat eiser voldoende belang had bij een inhoudelijke beoordeling van het huisverbod, ondanks dat het verbod inmiddels was afgelopen. De rechtbank concludeerde dat er voldoende bewijs was dat er een ruzie had plaatsgevonden waarbij de belanghebbende door fysiek geweld van eiser was verwond. Bovendien was er een risico op herhaling van het geweldsincident, vooral gezien het feit dat er eerder al een tijdelijk huisverbod aan eiser was opgelegd.
De rechtbank oordeelde dat de burgemeester op basis van de feiten en omstandigheden het huisverbod terecht had opgelegd. Eiser had niet aannemelijk gemaakt dat de aangifte vals was en de rechtbank zag geen reden om te twijfelen aan de verklaringen van de belanghebbende. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en de rechtbank zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.