ECLI:NL:RBROT:2011:BQ8223
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding na overlijden van baby na vaccinatie
In deze zaak vorderde eiseres, de moeder van een overleden baby, schadevergoeding van de besloten vennootschap Ouder- & Kinderzorg Rotterdam B.V. naar aanleiding van het overlijden van haar kind na de eerste vaccinatie. De baby, geboren op 7 augustus 2006, overleed op 10 oktober 2006, en er werd geen duidelijke oorzaak voor het overlijden vastgesteld. Eiseres stelde dat er een verband bestond tussen de vaccinaties en het overlijden van haar kind, en dat Ouder- & Kinderzorg haar zorgplicht had geschonden door de vaccinaties uit te voeren zonder extra voorzorgsmaatregelen te nemen, gezien de gezondheidstoestand van het kind.
De rechtbank Rotterdam heeft de vorderingen van eiseres afgewezen. De rechtbank oordeelde dat eiseres onvoldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de medewerkers van Ouder- & Kinderzorg niet de zorg hadden betracht die van een redelijk handelend vakgenoot verwacht mocht worden. De rechtbank benadrukte dat, hoewel het overlijden van het kind kort na de vaccinatie plaatsvond, dit niet automatisch betekende dat er een causaal verband was tussen de vaccinatie en het overlijden. De rechtbank concludeerde dat er geen bewijs was dat de betrokken zorgverleners onzorgvuldig hadden gehandeld, en dat de medische informatie die door Ouder- & Kinderzorg was overgelegd, geen aanleiding gaf om aan te nemen dat er extra voorzorgsmaatregelen nodig waren geweest.
Eiseres werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die door de rechtbank werden begroot op EUR 2.071,00, te vermeerderen met wettelijke rente. Dit vonnis werd uitgesproken op 1 juni 2011 door mr. C. Bouwman.