ECLI:NL:RBROT:2011:BR6485

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 september 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/711031-11
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling jeugdhulpverlener voor ontucht en bezit van kinderporno

Op 1 september 2011 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen een jeugdhulpverlener die werd beschuldigd van ontuchtige handelingen met twee minderjarige jongens en het bezit van een aanzienlijke hoeveelheid kinderporno. Het onderzoek op de terechtzitting vond plaats op 18 augustus 2011. De verdachte werd beschuldigd van het maken van een gewoonte van zijn misdrijven, waarbij hij ontuchtige handelingen heeft gepleegd met zijn pleegkind en een andere jongen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte wettig en overtuigend schuldig was aan de ten laste gelegde feiten. De verdachte had gedurende een lange periode ontuchtige handelingen gepleegd met twee jongens, waarvan één pas zes jaar oud was. Hij had heimelijk kinderpornografische beelden van hen gemaakt en een grote hoeveelheid kinderporno in zijn bezit gehad. De rechtbank rekende het de verdachte zwaar aan dat hij misbruik had gemaakt van zijn positie als jeugdhulpverlener en dat hij de slachtoffers ernstige schade had berokkend. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van vier jaar, waarvan één jaar voorwaardelijk, met een proeftijd van acht jaar. Daarnaast werd een verbod opgelegd om te werken met kinderen en moest de verdachte zich houden aan bijzondere voorwaarden, waaronder een behandelverplichting en een contactverbod met de slachtoffers. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze waren gepleegd en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn geestelijke gezondheid en het risico op recidive. De uitspraak benadrukt de noodzaak van bescherming van kwetsbare kinderen en de ernst van seksuele misdrijven tegen minderjarigen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Sector strafrecht
Parketnummer: 10/711031-11
Datum uitspraak: 1 september 2011
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[Verdachte],
geboren op [1965] te ‘s-Gravenhage,
ingeschreven in de gemeentelijke basisadministratie op het [adres],
ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd in het Penitentiair Psychisch Centrum (PPC) te Den Haag,
raadsman mr. H.J. Ruysendaal, advocaat te Rotterdam.
ONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING
Het onderzoek op de terechtzitting heeft plaatsgevonden op 18 augustus 2011.
TENLASTELEGGING
Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
Deze bijlage maakt deel uit van dit vonnis.
EIS OFFICIER VAN JUSTITIE
De officier van justitie mr. Hensels-van Straaten heeft gerekwireerd tot:
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren met aftrek van voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk, met een proeftijd van acht jaren en met de bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de Stichting Reclassering Nederland, afdeling reclassering, ook als dit inhoudt behandeling bij De Waag of soortgelijke instelling. Voorts vordert de officier van justitie een contactverbod met de slachtoffers, alsmede een verbod om functies, zowel in professioneel als in vrijwillig verband, te aanvaarden, waarbij minderjarige kinderen in een afhankelijkheidsrelatie staan ten opzichte van de verdachte.
BEWEZENVERKLARING
Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
1.
hij,
in de periode van 01 januari 2005 tot en met 11 februari 2011 te [plaats] en te [plaats] (België) en in Tsjechië,
meermalen, een hoeveelheidafbeeldingen
en filmfragment(en) heeft verspreid en/of aangeboden en/of
vervaardigd en/of ingevoerd en/of verworven en/of in bezit
gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeeldingen/ filmfragmenten seksuele gedragingenzichtbaar zijn,
waarbij telkenseen persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog
niet had bereikt (onder andere [slachtoffer 1], geboren op XXXX 2002 en [slachtoffer 2], geboren op XXXX 1998), was betrokken , welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit:
- het anaal en/of oraal penetreren (met de penis en/of vinger(s) en/of (een) voorwerp(en)) van het lichaam van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en
- het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis en/of de mond/tong) en
- het betasten van de geslachtsdelen en/of de billen van (een) perso(o)n(en) die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt en
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt,
waarbij deze perso(o)n(en) in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een)houding(en) poseert/poseren die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of
(waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden en/of (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en
- het masturberen bij en/of ejaculeren op het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt enhet houden van een penis bij het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt
van welkemisdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
2.
hij,
in de periode van 01 juli 2009 tot en met 11 februari 2011 te
[plaats], en te [plaats] (België) en Tsjechië, meermalen,
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [slachtoffer 2]
(geboren op XXXX 1998), buiten echt ontuchtige handelingen heeft
gepleegd,
namelijk het:
- betasten en aftrekken van de penis van die [slachtoffer 2] en
- zoenen op de buik van die [slachtoffer 2] en
- brengen en houden van de penis van die [slachtoffer 2] naar/in zijn verdachtes, mond en
- betasten en aftrekken van zijn, verdachtes, penis door die [slachtoffer 2];
3.
hij,
op 18 augustus 2008 te Klinge (België),
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [slachtoffer 1]
(geboren op XXXX 2002), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd,
namelijk het:
betasten van de penis van die [slachtoffer 1]
Kennelijke verschrijvingen zijn verbeterd. Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Toelichting:
De officier van justitie heeft ter terechtzitting het standpunt ingenomen dat de hoeveelheden van respectievelijk 85.951 en 7008 ook de foto’s en films van de slachtoffers van de feiten 2 en 3 omvatten. Echter, uit het proces-verbaal van 16 juni 2011 leidt de rechtbank af dat de genoemde hoeveelheden exclusief de beelden van deze slachtoffers zijn. Daarom is de primair ten laste gelegde, ongespecificeerde, ‘hoeveelheid’ bewezen verklaard.
BEWIJSMOTIVERING
Verdachte heeft de feiten die hem ten laste gelegd zijn bekend. Daarom wordt op de voet van artikel 359, derde lid, laatste volzin, van het Wetboek van Strafvordering volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen:
Feit 1
1. de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 augustus 2011;
2. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 1106161000.0IG, van 16 juni 2011, met bijlagen;
3. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 2011044647-26, van 17 juni 2011.
Feit 2
1. de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 augustus 2011;
2. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 2011056807-1, van 23 februari 2011, inhoudende de aangifte namens [slachtoffer 2];
3. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 1102231500.OIG, van 23 februari 2011.
Feit 3
1. de bekennende verklaring van verdachte ter terechtzitting van 18 augustus 2011;
2. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 2011044647-24 van 6 april 2011 (verhoor verdachte, blz. 98);
3. het ambtsedige proces-verbaal van de politie Rotterdam-Rijnmond, genummerd 29695215, van 31 januari 2011, inhoudende proces-verbaal van beschrijving van de bij verdachte aangetroffen afbeeldingen van [slachtoffer 1].
STRAFBAARHEID FEITEN
De bewezen feiten leveren op:
Ten aanzien van feit 1:
een afbeelding bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden, vervaardigen, invoeren en in bezit hebben, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt, meermalen gepleegd;
Ten aanzien van de feiten 2 en 3:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd;
De feiten zijn strafbaar.
STRAFBAARHEID VERDACHTE
De verdachte is strafbaar.
STRAFMOTIVERING
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende een ruime periode ontuchtige handelingen gepleegd met twee jongens. Een van de jongens[slachtoffer 1], zijn pleegkind, was pas 6 jaar oud; de andere jongen is een aantal jaar misbruikt vanaf zijn tiende levensjaar. De verdachte heeft beide jongens betast en gewassen op een manier die de grenzen van het zedelijk betamelijke overschreed. Verdachte heeft daarbij heimelijk kinderpornografische foto’s en films van de jongens gemaakt. Bij het slachtoffer [slachtoffer 2] heeft hij ook verdergaande ontuchtige handelingen gepleegd. Hierbij heeft verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van die [slachtoffer 2]. Verdachte heeft zijn eigen lustgevoelens voorrang gegeven en zich niets aangetrokken van de mogelijke schadelijke gevolgen van zijn handelen voor de slachtoffers. Gedrag als van verdachte kan, naar de ervaring leert, nog geruime tijd nadelige psychische gevolgen voor het slachtoffer hebben. Het is een feit van algemene bekendheid dat de vroege puberteit een cruciale fase is in de ontwikkeling van de seksualiteit. Dat verdachte als jeugdhulpverlener werkzaam is, maakt zijn gedrag des te zorgwekkender en verwijtbaarder. De rechtbank rekent het de verdachte ook zwaar aan dat hij misbruik heeft gemaakt van zijn pleegkind, een kwetsbare jongen die juist vanwege mogelijk eerder misbruik in een pleeggezin moest worden ondergebracht.
Verdachte heeft een aanmerkelijke hoeveelheid kinderporno onder zich gehad. Het gaat om 85.951 foto’s en 7008 films en daarbuiten nog de zelfgemaakte films en foto’s van de slachtoffers van de feiten 2 en 3. Het vervaardigen en distribueren van kinderporno is een nietsontziende industrie waarin minderjarigen schaamteloos worden uitgebuit. Door het verzamelen en verspreiden van kinderpornografisch materiaal heeft verdachte het misbruik van kinderen in stand helpen houden zonder een moment stil te staan bij het leed van de afgebeelde kinderen. De rechtbank rekent het de verdachte zwaar aan dat hij ook het door hem vervaardigde materiaal van de slachtoffers van de feiten 2 en 3 heeft aangeboden en verspreid. Deze jongens zullen altijd moeten leven met de gedachte dat er door toedoen van de verdachte op internet kinderpornofoto’s van hen zullen blijven rondzwerven. Dat is beschamend en beschadigend.
Op dergelijke feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf van aanzienlijke duur.
Bij de bepaling van een passende straf heeft de rechtbank, in het voordeel van de verdachte in aanmerking genomen dat hij blijkens het op zijn naam gestelde uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 22 april 2011, niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
De rechtbank heeft kennis genomen van twee rapportages die over de persoon van de verdachte zijn opgemaakt. Het rapport van 28 april 2011 van de klinisch psycholoog H. Leijsen houdt in dat verdachte lijdt aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de vorm van pedofilie. Ook zijn er enkele opvallende persoonlijkheidskenmerken geconstateerd zoals een gebrekkige impulscontrole bij een zeer uitgesproken sociabiliteit. Verdachte moet als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar worden beschouwd. De kans op recidive is aanwezig indien er niets verandert bij de verdachte. Hierbij is een behandeling geïndiceerd bij een instelling als De Waag in de vorm van groepsbehandeling voor plegers van zedendelicten tegen kinderen.
De Stichting Reclassering Nederland heeft in haar rapport van 11 mei 2011 geadviseerd, kort samengevat, toezicht met een aantal bijzondere voorwaarden op te leggen zoals onder andere een behandelverplichting bij De Waag en een contactverbod met de beide slachtoffers. Gelet op het (seksueel) grensoverschrijdende gedrag gedurende jaren en het feit dat verdachte onvoldoende in staat lijkt tot zelfreflectie, wordt de kans op recidive hoog gemiddeld geacht.
Met de reclassering en de officier van justitie acht de rechtbank het van groot belang dat de verdachte stopt met zijn werk als jeugdhulpverlener; en dat hij ook geen ander werk gaat doen met kinderen.
Het vorenoverwogene in aanmerking genomen acht de rechtbank wenselijk dat aan verdachte een deels voorwaardelijke vrijheidsstraf wordt opgelegd, waarbij de bijzondere voorwaarden worden gesteld dat verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens de Stichting Reclassering Nederland, welke aanwijzingen mede kunnen inhouden dat hij een behandeling bij de Waag of soortgelijke instelling ondergaat, dat hij zich niet in contact stelt met de slachtoffers en dat hij beroepsmatig noch vrijwillig de zorg voor en/of toezicht op minderjarigen draagt c.q. uitoefent.
De rechtbank zal de proeftijd op de voet van artikel 14, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht bepalen op 8 (acht) jaren omdat de behandeling van verdachte naar verwachting geruime tijd zal vergen. Bovendien kan aldus langere tijd toezicht op verdachte worden gehouden, waardoor de samenleving duurzaam beschermd wordt.
Alles afwegend worden na te noemen straf passend en geboden geacht.
TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
Gelet is op de reeds genoemde artikelen en de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 57, 240b, 247 van het Wetboek van Strafrecht. Genoemde bepalingen zijn toegepast zoals zij luidden ten tijde van de bewezenverklaarde feiten.
BESLISSING
De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de tijd van 4 (vier) jaar;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot 1 (één) jaar niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechtbank later anders mocht gelasten;
stelt daarbij een proeftijd vast van 8 (acht) jaren; de tenuitvoerlegging kan worden gelast indien:
- de veroordeelde zich vóór het einde van de proeftijd aan een strafbaar feit schuldig maakt;
- de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- de veroordeelde gedurende de proeftijd de hierna vermelde bijzondere voorwaarden niet naleeft;
stelt als bijzondere voorwaarden:
- dat de veroordeelde zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de aanwijzingen die zullen worden gegeven door of namens de Stichting Reclassering Nederland, zolang deze instelling dit noodzakelijk vindt, welke aanwijzingen mede kunnen inhouden dat verdachte een behandeling bij de Waag of soortgelijke instelling ondergaat;
- dat de veroordeelde zich niet in contact stelt met de slachtoffers (1 en 2);
- dat de veroordeelde noch professioneel, noch vrijwillig de zorg voor en/of toezicht op minderjarigen draagt cq. uitoefent;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
Dit vonnis is gewezen door:
mr. Van der Kaaij, voorzitter,
en mrs. Lablans en Dolman, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. Hofman - de l’Isle, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 1 september 2011.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage bij vonnis van 01 september 2011:
TEKST GEWIJZIGDE TENLASTELEGGING
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1.
hij,
in of omstreeks de periode van 01 januari 2005 tot en met 11 februari 2011 te
[plaats], in elk geval in Nederland, en/of te [plaats]
(België), in elk geval in België, en/of in Tsjechië,
één of meermalen, een hoeveelheid, in ieder geval 85.951, (foto)afbeelding(en)
en/of, in ieder geval 7008, filmfragment(en) en/of (een) gegevensdrager(s), te
weten één of meer computer(s) en/of en/of (een) harddisk(s) en/of (een)
cd-rom(s) en/of (een) DVD('s) heeft verspreid en/of aangeboden en/of
vervaardigd en/of ingevoerd en/of uitgevoerd en/of verworven en/of in bezit
gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met
gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog
niet had bereikt (onder andere [slachtoffer 1], geboren op XXXX 2002 en [slachtoffer 2] , geboren op XXXX 1998), was betrokken of schijnbaar was betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen bestonden uit:
- het anaal en/of oraal penetreren (met de penis en/of vinger(s) en/of (een) voorwerp(en)) van het lichaam van een persoon die de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt en/of
- het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt (met de penis en/of de mond/tong) en/of
- het betasten van de geslachtsdelen en/of de billen van (een) perso(o)n(en) die de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt en/of
- het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, waarbij deze perso(o)n(en) in een omgeving en/of met (een) voorwerp(en) en/of in (een)(erotisch getinte) houding(en) poseert/poseren die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of
- waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze perso(o)n(en) en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen in beeld gebracht worden en/of
- (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en/of
- het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt en/of
- het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht/lichaam van een perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft/hebben bereikt en/of
(waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft
en/of strekt tot seksuele prikkeling,
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
[Artikel 240b Wetboek van Strafrecht]
2.
hij,
in of omstreeks de periode van 01 juli 2009 tot en met 11 februari 2011 te
[plaats] (Nederland) en/of te [plaats] (België) en/of Tsjechië,
meermalen, althans eenmaal,
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [slachtoffer 2]
(geboren op XXXX 1998), buiten echt ontuchtige handelingen heeft
gepleegd,
namelijk het:
- betasten en/of aftrekken van de penis van die [slachtoffer 2] en/of
- zoenen op/van de buik van die [slachtoffer 2] en/of
- brengen en/of houden van de penis van die [slachtoffer 2] naar/in zijn, verdachtes, mond;
- betasten en/of aftrekken van zijn, verdachtes, penis door die [slachtoffer 2];
[Artikel 247 Wetboek van Strafrecht]
3.
hij,
op of omstreeks 18 augustus 2008 te [plaats] en/of te [plaats] (België),
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren, te weten [slachtoffer 1] (geboren
op XXXX 2002), buiten echt ontuchtige handelingen heeft gepleegd,
namelijk het:
- betasten van de penis van die [slachtoffer 1] en/of
- aftrekken van de penis van die [slachtoffer 1];
[Artikel 247 Wetboek van Strafrecht]