ECLI:NL:RBROT:2012:6640
Rechtbank Rotterdam
- Proceskostenveroordeling
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling in bestuursrechtelijke zaak tussen verzoekster en gemeente Rotterdam
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Rotterdam, heeft verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. L.M. Deiman, beroep ingesteld tegen de afwijzing van haar aanvragen om een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb) door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam. De afwijzingen betroffen aanvragen van 25 februari 2011 en 19 mei 2011. Tijdens de zitting op 8 juni 2012 was verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar dochter en haar gemachtigde, terwijl de gemeente werd vertegenwoordigd door een gemachtigde.
De rechtbank deed op 23 augustus 2012 een tussenuitspraak en op 27 september 2012 trok de gemeente de afwijzingsbesluiten in, waarna verzoekster een bijstandsuitkering werd toegekend voor de periode van 25 februari 2011 tot en met 8 augustus 2011, inclusief een nabetaling van € 4.465,86. Verzoekster trok vervolgens haar beroepen in en verzocht de rechtbank om de gemeente te veroordelen in de proceskosten, waarop de gemeente geen verweer voerde.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster proceskosten heeft gemaakt en heeft de gemeente veroordeeld tot betaling van deze kosten, vastgesteld op € 1.311,-. Dit bedrag is te betalen aan de griffier van de rechtbank, aangezien verzoekster een toevoeging heeft ontvangen op grond van de Wet op de rechtsbijstand. Daarnaast dient de gemeente het door verzoekster betaalde griffierecht van € 82,00 te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 15 november 2012 door mr. C.A. Schreuder, in aanwezigheid van griffier mr. J.J. van Giezen-Groenewoud.