ECLI:NL:RBROT:2012:BW0083
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- W.J.J. Wetzels
- H. van Lokven-van der Meer
- E.R. Houweling
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek in strafzaak tegen verzoeker
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 23 maart 2012 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door de verdediging van verzoeker. Het verzoek tot wraking was gebaseerd op de vrees dat de rechter vooringenomen zou zijn, omdat deze het verzoek om getuigen te horen had afgewezen. De rechtbank heeft het verzoek getoetst aan het verdedigingsbelang en de feiten die op dat moment aan verzoeker ten laste waren gelegd. De rechter oordeelde dat de beslissing om de getuigen niet te horen niet onbegrijpelijk was, gezien de omstandigheden van de zaak. De verdediging had aangevoerd dat de getuigen cruciaal waren voor het onderbouwen van de ontkenning van de tenlastelegging, maar de rechtbank vond dat het dossier voldoende informatie bevatte om tot een verantwoord oordeel te komen zonder de getuigen te horen. De rechtbank concludeerde dat er geen zwaarwegende aanwijzingen waren voor de vrees van verzoeker dat de rechter vooringenomen was. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier en na behandeling van het verzoek ter zitting op 9 maart 2012, waar zowel verzoeker als zijn raadsvrouw en de officier van justitie aanwezig waren. De rechtbank benadrukte dat een onwelgevallige beslissing van de rechter op zichzelf geen grond voor wraking oplevert, tenzij deze zo onbegrijpelijk is dat dit een zwaarwegende aanwijzing voor vooringenomenheid oplevert. De rechtbank oordeelde dat dit niet het geval was en wees het verzoek tot wraking af.