ECLI:NL:RBROT:2012:BW1106
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot nakoming van het huishoudelijk reglement inzake geluidsoverlast in appartementen
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 21 maart 2012, hebben eisers, wonende te Barendrecht, een kort geding aangespannen tegen gedaagde 1 en de Vereniging van Eigenaren (VvE) van hun appartementencomplex. De eisers vorderden dat gedaagde 1 zou worden verplicht om de vloer in zijn appartement aan te passen conform het huishoudelijk reglement, dat voorschrijft dat harde vloerbedekking moet worden aangebracht met een isolerende onderlaag om geluidsoverlast te voorkomen. De eisers stelden dat zij al geruime tijd hinder ondervonden van contactgeluiden vanuit het appartement van gedaagde 1, dat zich boven hun eigen appartement bevond.
De procedure kende een aantal aanhoudingen in verband met pogingen tot een minnelijke regeling. Uiteindelijk bleek dat gedaagde 1, na eerdere maatregelen, in februari 2012 een laminaatvloer met isolatiemateriaal had laten aanbrengen. De voorzieningenrechter oordeelde dat gedaagde 1 aannemelijk had gemaakt dat hij aan de eisen van het huishoudelijk reglement voldeed, en dat de vordering van eisers jegens gedaagde 1 daarom werd afgewezen.
Wat betreft de vordering tegen de VvE, oordeelde de voorzieningenrechter dat eisers geen voldoende belang hadden bij deze vordering, aangezien de VvE niet verplicht kon worden om juridische stappen te ondernemen tegen gedaagde 1. De vordering tegen de VvE werd eveneens afgewezen. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij eisers in de kosten van de VvE werden veroordeeld tot een bedrag van € 263,00. Dit vonnis werd uitgesproken door mr. C. Bouwman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van de griffier.