ECLI:NL:RBROT:2012:BX8365
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- W.J.J. Wetzels
- P.H. Veling
- H. van Lokven-van der Meer
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in kort geding
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 september 2012 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door verzoekers tegen een senior-rechter in een kort geding. Het wrakingsverzoek volgde op een beslissing van de rechter om de behandeling van het kort geding uit te stellen van 20 september 2012 naar 21 september 2012 om 15.30 uur, in plaats van het door verzoekers gewenste tijdstip van 14.00 uur. Verzoekers voerden aan dat deze beslissing voortkwam uit vooringenomenheid van de rechter, maar de rechtbank oordeelde dat de beslissing niet onbegrijpelijk was en dat er geen aanwijzingen waren voor een gebrek aan onpartijdigheid.
De rechtbank overwoog dat de voortzetting van het kort geding evident spoedeisend was en dat de behandeling al eerder op verzoek van verzoekers was uitgesteld. De rechtbank nam ook in overweging dat de behandeling van het kort geding al vertraging had opgelopen door de behandeling van een eerder wrakingsverzoek. De rechtbank wees ook het verzoek van de rechter af om te bepalen dat een volgend wrakingsverzoek van verzoekers niet meer in behandeling zou worden genomen, omdat dit een procespartij zou verhinderen om de onpartijdigheid van de rechter opnieuw ter discussie te stellen.
De beslissing van de rechtbank benadrukt het belang van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter, en dat een voor een partij onwelgevallige beslissing op zichzelf geen grond voor wraking oplevert. De rechtbank concludeerde dat de wraking ongegrond was en dat de verzoekers niet in hun rechten werden beperkt door de beslissing van de rechter.