In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 februari 2014 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Stedelijk Bureau Ander Werk (eiseres) en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam (verweerder) over de afwijzing van een aanvraag om een frictielastenvergoeding voor het onderdeel SBAW Cultuurscouts. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een frictielastenvergoeding van € 164.000,-, maar verweerder heeft deze aanvraag afgewezen op de grond dat de structurele subsidie per 1 januari 2013 niet substantieel was verlaagd ten opzichte van 1 januari 2012. Verweerder hanteerde daarbij de definitie dat een substantiële verlaging minimaal 14% moest zijn. Eiseres stelde echter dat haar subsidie in 2013 met meer dan 14% was verlaagd, en voerde aan dat de korting op haar structurele subsidie 25,23% bedroeg. De rechtbank heeft vastgesteld dat de korting op de structurele subsidie van eiseres inderdaad meer dan 14% bedraagt, en heeft het beroep van eiseres gegrond verklaard. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en verweerder veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eiseres. De rechtbank heeft partijen aangemoedigd om in onderling overleg tot een oplossing te komen, nu zij mogelijkheden zagen om het geschil op te lossen. De uitspraak benadrukt het belang van een correcte beoordeling van subsidies en de voorwaarden die daaraan zijn verbonden.