Uitspraak
[verdachte],
- bewezenverklaring van het onder 1., 2. en 3. ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 jaren met aftrek van voorarrest.
dat hij een ander ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van één of meer seksuele handeling(en), met of voor een derde tegen betaling,niet nader met uitvoeringshandelingen wordt omschreven.
dan weldat de verdachte “ten aanzien van die ander enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die ander zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van die handelingen”.
“dan wel”aldus, dat de officier van justitie heeft bedoeld een keuze voor te leggen uit de twee in artikel 273f, eerste lid, aanhef en onder 5°, van het Wetboek van Strafrecht (Sr) omschreven strafbare feiten.
nietde feitelijke uitwerking van “een ander ertoe brengen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling”.
of omstreeksde periode van 07 december 2010 tot en met 10 februari 2011
althans alleen,
die [slachtoffer N],(een)ander(en), genaamd [slachtoffer N]
(en
),heeft ondernomen, welke handelingen bestonden uit het
/ofvervoeren van die [slachtoffer N]
vannaaren
/of naarvanklanten en/of
dieseksuele handeling
(en
)en
/of
(laten)onderbrengen (huisvesten)
en/of laten verblijven in
/of
(daarbij) (daartoe)die [slachtoffer N] voorzien van instructies betreffende de
/ofte rekenen tarieven en
/of
/of(telefonisch) onderhouden van contacten met
/of(potentiële) (prostitutie) klanten voor die [slachtoffer N]
/of
/ofbehouden van
(een deel van
)de
betalingen en/ofverdiensten
,
/ofzijn mededader(s)
of redelijkerwijs moest/moesten vermoedendat die [slachtoffer N]
seksuelediehandeling
(en
)met of voor een derde tegen betaling,
/of
of omstreeksde periode van 07 december 2010 tot en met 10 februari 2011
althans alleen,
één of meerseksuele handeling
(en
)
) (een deel van
)de verdiensten van die [slachtoffer N] uit
/ofzich toegeëigend;
of omstreeksde periode van 27 december 2010 tot en met 08 januari 2011
althans in Nederland,
althans alleen,
die [slachtoffer I],(een)ander(en), genaamd [slachtoffer I] (geboren [geboortedatum]),
(en
),heeft ondernomen, welke handelingen bestonden uit het
/ofvervoeren van die [slachtoffer I]
vannaaren
/of naarvanklanten
dieseksuele handelingen en
/of
het(laten) plaatsen van
één of meerafbeelding
(en
) van (een) perso(o)n(en)
)en
/ofprofielen op het
en/ofals ware die [slachtoffer I] meerderjarig en
/ofbeschikbaar
voor de
/of
(daarbij) (daartoe)die [slachtoffer I] voorzien van instructies betreffende
/ofte rekenen tarieven en
/of
/of(telefonisch) onderhouden van contacten met
/of(potentiële) (prostitutie) klanten voor die [slachtoffer I]
/of
/ofbehouden van
(een deel van
)de
betalingen en/ofverdiensten
,
(in elk geval) zijnde (telkens) handelingen waarvan hij en/of zijn mededader(s)
of redelijkerwijs moest/moesten vermoedendat die [slachtoffer I]
seksuelediehandeling
(en
)met of voor een derde tegen betaling,
/of
of omstreeksde periode van 27 december 2010 tot en met 08 januari 2011
althans in Nederland,
althans alleen,
één of meerseksuele handeling
(en
)
(telkens
) (een deel van
)de verdiensten van die [slachtoffer I]
/ofzich toegeëigend;
of omstreeksde periode van 27 december 2010 tot en met 10 februari 2011
althans in Nederland,
althans alleen,
die [slachtoffer H],(een)ander(en), genaamd [slachtoffer H]
(en
),heeft ondernomen, welke handelingen bestonden uit het
/ofvervoeren van die [slachtoffer H]
vannaaren
/of naarvanklanten en/of
dieseksuele handeling
(en
)en
/of
het(laten) plaatsen van
één of meerafbeelding
(en
) van (een) perso(o)n(en)
)en
/ofprofielen op het
en/ofals ware die [slachtoffer H] meerderjarig en
/ofbeschikbaar voor
voor de prostitutie)
/of
en/of laten verblijven
/of
(daarbij) (daartoe)die [slachtoffer H] voorzien van instructies betreffende de
/ofte rekenen tarieven en
/of
/of(telefonisch) onderhouden van contacten met
/of(potentiële) (prostitutie) klanten voor die [slachtoffer H]
/of
/ofbehouden van
(een deel van
)de
betalingen en/ofverdiensten
,
(in elk geval) zijnde (telkens) handelingen waarvan hij en/of zijn mededader(s)
of redelijkerwijs moest/moesten vermoedendat die [slachtoffer H]
seksuelediehandeling
(en
)met of voor een derde tegen betaling,
/of
of omstreeksde periode van 27 december 2010 tot en met 10 februari 2011
althans in Nederland,
althans alleen,
één of meerseksuele handeling
(en
)
[slachtoffer H](geboren [geboortedatum]), met of voor een derde tegen
) (een deel van
)de verdiensten van die [slachtoffer H] uit
/ofzich toegeëigend
;.
Kamerstukken II1988/1989, 21 027, nr. 3, blz. 8).
meerderjarigeninstemming met het zich laten prostitueren niet in de weg hoeft te staan aan de bewezenverklaring van mensenhandel, indien één van de dwangmiddelen, thans genoemd in artikel 273f, eerste lid, onder 1°, Sr is toegepast. De omstandigheid dat het slachtoffer voorafgaand aan de toepassing van zo’n dwangmiddel reeds werkzaam was als prostitué(e), vormt op zich geen aanwijzing inzake vrijwilligheid en is dan ook geen beletsel voor een bewezenverklaring. Tot het ontbreken van vrijwilligheid behoort ook het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een bewuste keuze te maken. Een beperking van de keuzevrijheid van het slachtoffer is aldus voldoende om het gedwongen karakter van de prostitutie aan te nemen.
per definitiesprake is van een uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht, hetgeen één van de dwangmiddelen is die bij een bewezenverklaring van mensenhandel ten aanzien van meerderjarige personen een rol kan spelen.
Kamerstukken II1990/1991, 21 027, nr. 8, blz. 2) het volgende opgetekend: “De leeftijdsgrens berust op de overtuiging van de wetgever dat in het algemeen aan de exploitatie van minderjarigen misbruik van uit feitelijke verhoudingen voorvloeiend overwicht inherent is.” Uitgangspunt is dat bij zeer jeugdige personen een zekere rijpheid die de betrokkene in staat stelt de gevolgen van zijn handelingen te overzien en zelfstandig beslissingen te nemen veelal nog niet aanwezig is (vgl. Memorie van Toelichting,
Kamerstukken II1988/1989, 21 027, nr. 3, blz. 8). De aanduiding ‘zeer jeugdige personen’ is later door de Minister ingevuld als: minderjarigen (vgl. Nota naar aanleiding van het verslag,
Kamerstukken II1990/91, 21 027, nr. 5, blz. 4). Op vragen van de CDA-fractie antwoordt de Minister in deze zelfde nota dat ten aanzien van personen beneden de leeftijd van achttien jaren geen sprake is van een vrijwillige keuze voor de prostitutie (vgl. Nota naar aanleiding van het verslag,
Kamerstukken II1990/91, 21 027, nr. 5, blz. 4).
Kamerstukken II1990/91, 21 027, nr. 5, blz. 11). Ten aanzien van de leeftijdsgrens heeft de Minister van Justitie voorts als zijn visie vermeld dat een persoon die zich tot prostitutie laat brengen, een beslissing neemt die verstrekkende gevolgen heeft. Een minderjarige heeft in het algemeen te weinig inzicht en ervaring om deze gevolgen te kunnen overzien (en) om bewust de levensloop van een prostitué(e) te kiezen. De Minister van Justitie heeft daarbij onderkend dat leeftijdsgrenzen altijd enigszins arbitrair zijn en dat er misschien enkele jeugdigen van zestien of zeventien jaar zijn die de stap in de prostitutie weldoordacht zouden maken, maar dat de hier aan de orde zijnde wetgeving dient te zijn afgestemd op hetgeen in het algemeen van een minderjarige kan worden verwacht. De Minister zet vervolgens nogmaals uiteen dat de leeftijdsgrens op de overtuiging van de wetgever berust dat in het algemeen aan de exploitatie van prostitutie van minderjarigen misbruik van uit de feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht inherent is. Het betreft dus niet een veronderstelling van de wetgever die kan worden weerlegd, aldus de Minister. (vgl. Nota naar aanleiding van het Eindverslag,
Kamerstukken II1990/91, 21 027, nr. 8, blz. 2.)
altijdsprake van een beperking van de keuzevrijheid, zodat in het geval van minderjarige slachtoffers de eventuele omstandigheid dat het slachtoffer heeft ‘ingestemd’ met de prostitutiewerkzaamheden dan wel de omstandigheid dat het slachtoffer reeds eerder in de prostitutie heeft gewerkt, nimmer in de weg
kanstaan aan een bewezenverklaring.
Kamerstukken II1997/1998, 25 437, nr. 5, p. 23).
LJNBD2578). Deze regel zal ook in de onderhavige zaak worden toegepast.
“(een) ander(en), genaamd … ertoe heeft gebracht”tot en met
“met of voor een derde tegen betaling”;
gevangenisstrafvoor de duur van
31 (eenendertig) dagen;
taakstraf, bestaande uit het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
vervangende hechteniszal worden toegepast voor de duur van
120 (honderdtwintig) dagen.