ECLI:NL:RBROT:2013:BZ4792
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W. Reinds
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot gedwongen schuldregeling in faillissementsrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 27 februari 2013 uitspraak gedaan in een verzoek tot gedwongen schuldregeling op basis van artikel 287a van de Faillissementswet. Verzoeker, die een eenmanszaak heeft gevoerd, heeft op 22 november 2012 een verzoek ingediend om de schuldeisers, waaronder NEM, de gemeente Rotterdam en Medicas, te bevelen in te stemmen met een door hem aangeboden schuldregeling. Tijdens de zitting op 19 februari 2013 bleek dat de gemeente Rotterdam en NEM, vertegenwoordigd door EDR, inmiddels akkoord waren gegaan met de regeling, maar Medicas weigerde. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoeker geen jaarstukken heeft overgelegd, waardoor niet kon worden vastgesteld dat het aanbod aan de schuldeisers het uiterste was waartoe hij in staat was. Bovendien heeft verzoeker een vordering op drie debiteuren, wat een mogelijk actief vormt dat onder de schuldeisers verdeeld moet worden.
De rechtbank oordeelde dat het voorstel van verzoeker niet volledig en betrouwbaar gedocumenteerd was, en dat er geen inzicht werd verschaft in zijn financiële situatie ten tijde van de opheffing van zijn onderneming. Hierdoor kon niet worden geoordeeld dat Medicas in redelijkheid niet tot weigering van instemming kon komen. Het verzoek om de weigerachtige schuldeiser te bevelen in te stemmen met de schuldregeling werd afgewezen. De rechtbank heeft tevens aangegeven dat het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling voor natuurlijke personen bij afzonderlijk vonnis zal worden beslist.
De beslissing van de rechtbank was dat het verzoek om een gedwongen schuldregeling te bevelen werd afgewezen, en dit vonnis werd openbaar uitgesproken door mr. W. Reinds.