Zaak-/rolnummer: C / 10 / 321316 / HA ZA 08-3155
de vennootschap naar het recht van de plaats van vestiging
LIBAS A.S.,
gevestigd te Bergen, Noorwegen,
eiseres,
advocaat mr A.J. van Steenderen,
[Gedaagde],
gevestigd te Oudeschild, Texel,
gedaagde,
advocaat mr J.F. van der Stelt.
Partijen worden hierna aangeduid als "Libas" respectievelijk "[Gedaagde]".
1. Het verdere verloop van het geding
1.1 De rechtbank heeft kennisgenomen van het in deze zaak gewezen vonnis van 30 maart 2011 en de daaraan ten grondslag liggende stukken.
1.2 Ingevolge de bij dat vonnis gegeven bewijsopdracht zijn getuigen gehoord. De processen-verbaal van 22 juni 2011, 11 november 2011 en 24 februari 2012 bevinden zich onder de processtukken.
Daarna zijn nog de volgende stukken gewisseld:
-conclusie na enquête van Libas, met producties;
-antwoordconclusie na enquête van [Gedaagde], met producties;
-akte houdende uitlaten producties van Libas.
1.3 Tenslotte is opnieuw vonnis bepaald.
2. De verdere beoordeling
2.1 Libas was toegelaten te bewijzen dat de aanvaring is te wijten aan de schuld van de TX 19 op basis van de door haar gestelde toedracht.
2.2 Als getuige zijn gehoord: [Persoon 1], kapitein van de Ligrunn, [Persoon 2], visser aan boord van de Ligrunn, [Persoon 3], stuurman op de Ligrunn, [Persoon 4], schipper van de TX19, [Persoon 5], deelvisser aan boord van de TX19, [Persoon 6], schipper van de KW45 en [Persoon 7], visser op de KW45.
[Personen 1 en 3] verklaarden onder meer aan de hand van een aantal plotkaarten, die nu door Libas in het geding zijn gebracht als productie 25.
Eerder waren al diverse schriftelijke verklaringen overgelegd zoals vermeld in het vonnis van 30 maart 2011 onder 5.3.
2.3 [Gedaagde] heeft als haar productie 16 een afbeelding in het geding gebracht waarop tracklijnen zijn aangegeven en een aantal genummerde posities. Ter toelichting op deze productie merkt [Gedaagde] het navolgende op. De afbeelding is op verzoek van [Gedaagde] vervaardigd door Chartworx B.V., een onderneming die de Quodfish visplotter heeft ontwikkeld. Aan boord van de TX19 bevond zich een Quodfish-apparaat. Chartworx heeft de daarop opgeslagen bestanden uitgelezen en uitgewerkt. Op de afbeelding van productie 16 is met blauwe lijnen de opgeslagen track van de TX19 aangegeven en met rode lijnen de tracks van andere schepen die zijn verkregen met de ARPA-radarinstallatie en die zijn ingevoerd in de Quodfish. Eén van die ARPA-tracks is de track van de Ligrunn die door Chartworx is bedekt met een groene lijn. Uit het systeem aan boord van de TX19 heeft Chartworx twee posities van de Ligrunn gerelateerd aan de tijd: de posities "6" en "7". Van de TX19 zijn vijf posities ("1" tot en met "5") gerelateerd aan de tijd. Al deze tijden zijn volgens dezelfde tijdzone, waarbij door Chartworx wel is aangegeven dat niet kon worden vastgesteld of deze aan boord van de TX19 gebruikte tijd de juiste tijd was.
2.4 Volgens [Gedaagde] volgt uit de afbeelding van productie 16, in combinatie met enige andere gegevens dat de TX19 het net van de Ligrunn heeft aangevaren om circa 19:50 GMT = 20:50 boordtijd (GMT+1 uur = CET). [Gedaagde] positioneert op de afbeelding de plaats van aanvaring op een punt "X" en de plaats waar de Ligrunn zich toen bevond op een punt "Y". Tevens voert [Gedaagde] aan dat de Ligrunn op het moment van de aanvaring op een noordelijke koers - komend van een op de afbeelding aangegeven positie "6" en komend uit een draai over stuurboord - vlak vóór de TX19 langs ging, haar net uitstomend en kort voordat de Ligrunn een stuurboorddraai maakte in de richting van een aangegeven positie "7". De Ligrunn was bezig om over stuurboord rondjes te draaien en zou na positie "7" nog twee rondjes maken. Dit tijdstip van 19:50 GMT komt overeen met het door de Ligrunn (om 20:08 GMT/21:08 CET) aan de Britse kustwacht opgegeven tijdstip van de aanvaring van 8:50 Noorse tijd/CET. Zoals de Ligrunn aangaf aan de kustwacht, vond de aanvaring plaats terwijl de Ligrunn haar netten aan het uitstomen was en niet toen de Ligrunn al stillag en haar netten inhaalde. De Ligrunn was varende en manoeuvreerbaar.
De TX19 was om 19:46 locale tijd/CET (18:46 GMT), na een trek in noordwestelijke richting, over bakboord rondgegaan om daarna een trek te maken in zuidoostelijke richting. Deze draai vond dus plaats circa één uur vóór de aanvaring van circa 19:50 GMT.
De dekverlichting van de TX19 was al geruime tijd voor de aanvaring gedoofd en schipper [Persoon 4] had de Ligrunn ook al ruim daarvoor waargenomen, doch hij tastte volstrekt in het duister voor wat betreft de bedoelingen van de Ligrunn. De Ligrunn voerde niet de gestelde verlichting, in het bijzonder niet de twee beurtelings knipperende gele lichten en de vislichten rood boven wit, aldus [Gedaagde].
2.5 Voordat [Gedaagde] bij antwoordconclusie na enquête haar productie 16 in het geding bracht, had Libas bij conclusie na enquête als haar productie 27 een andere afbeelding overgelegd, die eveneens was gemaakt door Chartworx (met bijgevoegd een vergroting daarvan). Blijkens de toelichting van partijen was de afbeelding van productie 27 als eerste gemaakt en had Chartworx naar aanleiding van vragen van de zijde van Libas een nieuwe afbeelding gemaakt, productie 16 van [Gedaagde].
2.6 Bij vergelijking van de twee afbeeldingen blijkt dat op de eerste afbeelding één van de rode tracks (naar zeggen van [Gedaagde] tracks van andere schepen dan de TX19) door Chartworx met een dikke rode lijn was aangegeven, als zijnde de door de TX19 gevaren track, met op die lijn een vijftal posities. Op de latere afbeelding is deze rode lijn weer afgebeeld als gewone rode lijn en zijn nu blauwe tracks afgebeeld, als zijnde de door de TX19 gevaren track. Deze blauwe lijnen ontbraken op de eerste afbeelding geheel, ook als rode lijn. De met groen bedekte (oorspronkelijk rode) lijn van de (schematische) Ligrunn-track is op beide afbeeldingen dezelfde.
Volgens [Gedaagde] had Chartworx de track van de TX19 "als gevolg van een misverstand" eerst verkeerd afgebeeld. Een nadere toelichting ontbreekt. Tevens had Chartworx - kennelijk mede naar aanleiding van de vragen van Libas - een aantal wijzigingen doorgevoerd: op de groene track van de Ligrunn op de eerste afbeelding staan twee posities, "6" en "7", op dezelfde track op de latere afbeelding staan twee andere posities "6" en "7". Libas had erop gewezen dat op de eerste afbeelding drie van de afgedrukte positieaanduidingen ("1" en "2" op de dikke rode lijn en "6" op de groene lijn) dezelfde positie aangaven, terwijl ook wat betreft de aanduidingen (met tijden) van de posities "6" en "7" tegenstrijdigheden leken te bestaan. De afgebeelde positie "1" van de TX19 om 18:48 (GMT) was niet congruent met de positie van de TX19 om 19:46 (CET = 18:46 GMT) die door de AID was ontvangen (prod. 2 bij dupliek) op welk laatste moment de TX19 in een draai zou zijn.
Kennelijk erkende Chartworx dat één en ander niet juist was en heeft zij een nieuwe afbeelding gemaakt met andere posities en andere positieaanduidingen.
2.7 Waar de eerste afbeelding aldus al een aantal onjuistheden bevatte, waarvan de verkeerde afbeelding van de track van de TX19 het meest elementair was, roept ook de latere afbeelding diverse vragen op:
-niet duidelijk is waarom op de eerste afbeelding de blauwe lijnen van de latere afbeelding niet waren afgebeeld;
-op de latere afbeelding staan diverse blauwe lijnen die van de TX19 zouden zijn, waaronder een blauwe lijn die kennelijk de trek zou aangeven die het schip ná de aanvaring, op de avond/nacht van 7/8 november 2007, in noordwestelijke richting heeft gemaakt via de posities "4" en "5"; de blauwe lijn van de trek die de TX19 vóór de aanvaring in noordwestelijke richting had gemaakt, voordat zij omstreeks 19:46 draaide staat echter niet op de afbeelding; indien de blauwe lijn door de posities "4" en "5" de trek in noordwestelijke richting vóór de aanvaring zou weergeven, zijn de bij die posities vermelde tijden onjuist;
-de tijd tussen de posities "6" en "7" van de Ligrunn zou ruim 27 minuten bedragen, terwijl de Ligrunn in die tijd ongeveer een half rondje zou hebben gevaren; dit moet op basis van de overigens beschikbare informatie onaannemelijk worden geacht; deze informatie wijst op circa 4 minuten voor dat halve rondje, terwijl enige ondersteuning voor een tijdsverloop van 27 minuten ontbreekt;
-de tijd waarop de TX19 volgens de AID-gegevens is gedraaid, omstreeks 19:46, klopt niet met de tijdstippen van de op de afbeelding vermelde posities "1" en "2", 19:40:38 en 20:00:38, terwijl de TX19 tussen het punt van draaien en positie "1" nog een flinke afstand heeft moeten afleggen; indien, zoals [Gedaagde] voorstelt, zou worden uitgegaan van een draai omstreeks 18:46 GMT en een aanvaringstijdstip van 19:50 GMT zou de TX19 over de afstand tussen de draaipositie en de aanvaringspositie van tussen anderhalf en twee mijl ruim één uur hebben gedaan; dat valt niet te rijmen met een snelheid van 6 à 7 mijl per uur waarmee de TX19 tijdens een trek pleegt te varen;
-de tijd die op de latere afbeelding is vermeld bij positie "7" (19:55:40) is dezelfde als welke op de eerste afbeelding is vermeld bij positie "6", terwijl deze posities zich bevinden op duidelijk verschillende punten van de tracklijn van de Ligrunn;
-de op de latere afbeelding (met het noorden recht naar boven) afgedrukte positieaanduidingen van de zeven afgebeelde posities kunnen niet juist zijn: de vermelde oosterlengtes en noorderbreedtes zijn onderling niet met elkaar te rijmen.
2.8 De hiervoor aangeduide onjuistheden, lacunes en ongerijmdheden doen een zodanig ernstige twijfel rijzen aan de juistheid van de twee afbeeldingen van Chartworx dat de rechtbank deze geheel buiten beschouwing laat, in het bijzonder ook waar het gaat om de afgebeelde posities met de bijbehorende postitieaanduidingen en tijden.
Daarentegen acht de rechtbank de betrouwbaarheid van de door Libas als productie 25 overgelegde plotkaarten, gelet ook op de verklaringen van [Personen 1 en 3], enige correspondentie met Olex, de leverancier van de betreffende apparatuur op de Ligrunn (prod.26) en foto's van het scherm aan boord van de Ligrunn (prod. 12), voldoende aannemelijk gemaakt, zodat de rechtbank bij de verdere beoordeling van de juistheid daarvan zal uitgaan, met dien verstande dat de juistheid van de vermelde tijdstippen niet zonder meer vaststaat. Mogelijk wijken die tijdstippen iets af van de juiste tijden. Dat geldt ook voor de tijd van 19:46 die is vermeld op de AID-gegevens. Voor de beoordeling is dit echter niet van wezenlijk belang.
2.9 [Gedaagde] voert enerzijds aan dat de Ligrunn ten tijde van de aanvaring nog twee rondjes moest afleggen en anderzijds dat de Ligrunn toen bezig was haar net uit te stomen (ook volgens haar mededelingen aan de kustwacht). Dat is evenwel niet verenigbaar, omdat ervan kan worden uitgegaan dat het uitbrengen van het ringnet plaatsvindt gedurende het derde en laatste rondje en niet gedurende twee of drie rondjes. Uit het feit van de aanvaring volgt dat op de plaats van de aanvaring het net zich in het water bevond.
2.10 De rechtbank acht op grond van de verschillende verklaringen van de opvarenden van de Ligrunn, in onderling verband bezien, bewezen dat op het moment van de aanvaring van de TX19 met het ringnet van de Ligrunn, dit net al geheel was uitgezet, men bezig was het net in te halen, doch dit inhalen nog niet was voltooid.
2.11 Verder blijkt uit die verklaringen en de plotkaarten van productie 25 - in onderlinge samenhang bezien - het navolgende.
De eerste 11 plotkaarten bevatten elk een met een rood vierkant gemarkeerde positie met tijdstip. De twaalfde en laatste plotkaart (met de bootjes) bevat posities met een interval van telkens één minuut en ook twee tijdstippen. Aan de hand van deze gegevens kunnen alle posities op de laatste plotkaart worden gekoppeld aan een tijdstip.
Vanaf omstreeks de positie bij 19:48/19:50 wordt het net uitgebracht. Het uitzetten van het ruim 700 m lange ringnet duurt ongeveer 7 minuten, daarna duurt het nog enige minuten voordat de onderzijde van het net geheel op de zeebodem rust. Wanneer het net is uitgezet wordt de motor van de Ligrunn gestopt. Het schip is dan in feite onmanoeuvreerbaar. Op de laatste plotkaart is de track roodbruin bij een snelheid van meer dan 6 knoop en is deze geel bij een snelheid van minder dan 1 knoop. Op die plotkaart wijzigt de kleur van de track tussen de posities van 19:56 en 19:57. De Ligrunn drijft na 19:57 nog met verder afnemende snelheid een stukje door, waarbij wat naar stuurboord wordt gedraaid. Omstreeks de positie van 20:00/20:01 is de voorwaartse snelheid nihil en beweegt het schip langzaam opzij naar stuurboord. Met het inhalen van het net wordt al begonnen voordat het net geheel is uitgezet. Nadat het net is uitgezet duurt het verder inhalen daarvan nog ruim 10 minuten. Door het intrekken van het net en door de stroom wordt de Ligrunn wat verplaatst. Op het moment dat het net vrijkomt van de zeebodem gaat de Ligrunn door de stroom verder verlijeren. Ten tijde van de aanvaring was dat moment nog niet bereikt.
Volgens getuige [Persoon 1] vond de aanvaring plaats toen de Ligrunn zich bevond op de positie van 20:08. Eerder had hij aangegeven dat dit gebeurde op de positie van 20:00.
De rechtbank acht aannemelijk dat de aanvaring rond/tussen die twee positietijdstippen plaatsvond.
2.12 Uit het voorgaande volgt dat de Ligrunn ten tijde van de aanvaring en ook al enige tijd daarvoor vanwege het uitzetten en op de bodem neerdalen van het ringnet moet worden beschouwd als sterk beperkt in haar manoeuvreerbaarheid en dat dit schip toen ook weinig meer van plaats veranderde.
2.13 De rechtbank acht op grond van de verklaringen van [Persoon 7] en [Persoon 6] en die van [Personen 1 en 3], [Persoon 2], [Persoon 8] en [Persoon 9] bewezen dat de Ligrunn, naast haar navigatieverlichting, bij het varen van rondjes - na het eerste rondje - haar vislichten rood boven wit heeft ontstoken, behorend bij een schip dat bezig is met de uitoefening van de visserij, niet zijnde de treilvisserij. Tevens is op grond van de verklaringen van de opvarenden van de Ligrunn voldoende komen vast te staan dat bij het begin van het uitbrengen van het ringnet gedurende het derde rondje, op het stuurhuis van dit schip bovendien twee boven elkaar geplaatste, rondom schijnende, beurtelings knipperende gele lichten brandden en tevens aan de stuurboordzijde een rondom schijnend wit licht, waarmee wordt aangegeven dat wordt gevist met een ringnet, dat het schip door zijn vistuig belemmerd is in zijn manoeuvreerbaarheid en dat het ringnet meer dan 150 m aan stuurboord van het schip in zee uitstaat. Er brandde op de Ligrunn geen dekverlichting.
2.14 Gelet op diverse verklaringen en overgelegde foto's kan als vaststaand worden aangenomen dat zich aan de bovenzijde van het ringnet van ruim 700 m lang een (zeer) groot aantal drijvers bevindt. Deze drijvers zijn ca. 25 cm lang, 8-10 l inhoud, eivormig, geel gekleurd en niet voorzien van reflecterend materiaal.
2.15 Schipper [Persoon 4] van de TX19 verklaart dat hij eerst een trek maakte in noordwestelijke richting en daarna, na het maken van een draai, een trek in zuidoostelijke richting. Uit zijn verklaring blijkt verder dat de UK1 eerst in noordwestelijke richting met hem meevoer, dat hij toen vóór zich de KW45 stil zag liggen met de kop in zuidwestelijke richting en dat dit schip lag te bakkelijen met een Noorse visser, dat de UK1 toen meteen is gedraaid maar dat hij met de TX19 ruim om de KW45 en de Noor is heengevaren, dat hij is doorgegaan met zijn trek in noordwestelijke richting en naar schatting na zo'n 3 mijl over bakboord is rondgegaan, dat hij vervolgens is teruggevaren in zuidoostelijke richting en dat hij toen de Ligrunn opnieuw zag, op een afstand van (minstens) anderhalf à twee mijl.
2.16 Na het maken van de draai voer de TX19 in een globaal zuidoostelijke richting, volgens schipper [Persoon 4] met een snelheid van 6,5 mijl per uur, zoals ook gebruikelijk is bij het maken van een trek.
Op de TX19 brandde de navigatieverlichting en de vislichten groen boven wit van een treilvisser. Aanvankelijk was ook de dekverlichting ontstoken. Deze is op zeker moment na de draai gedoofd. Uit de afgelegde verklaringen is niet voldoende duidelijk geworden op welk moment dat gebeurde, kort voor de aanvaring, pas na de aanvaring of al veel eerder.
De TX19 voer bij het maken van de zuidoostelijke trek in de richting van het gebied waar de Ligrunn zich bevond. Zoals in het vonnis van 30 maart 2011 onder 5.9 is vermeld, kan worden aangenomen dat de TX19 bij het maken van een trek behoorlijk goed manoeuvreerbaar en redelijk wendbaar is, zodat dit schip in staat was zonodig uit te wijken.
2.17 Schipper [Persoon 4] verklaart dat de Ligrunn geen vislichten aan had en niet had aangegeven dat dit schip zijn netten had uitgezet. Hij weet zeker dat hij geen gele beurtelings knipperende lichten en vislichten rood boven wit heeft gezien. Wel heeft hij op zeker moment gezien dat er vanaf de Ligrunn met een schijnwerper werd geschenen naar de TX19 en gehoord dat via kanaal 16 van de VHF iets werd geroepen als "port side" en "keep out", waarna hij naar bakboord is gedraaid. Hij verklaart niets te hebben gemerkt van een raken van het ringnet en het ringnet van de Ligrunn ook niet in het water te hebben zien liggen.
2.18 [Persoon 1] verklaart dat hij in de periode zo'n 3 à 4 minuten vóór de aanvaring de TX19 diverse keren heeft opgeroepen via kanaal 16. Vanaf de Ligrunn is ook een geluidssignaal gegeven. Volgens [Persoon 1] en [Persoon 9] viel het licht van de twee schijnwerpers waarmee hij naar de TX19 scheen gelijktijdig ook op de drijvers van het ringnet tussen beide schepen.
2.19 [Persoon 1] heeft naar zijn zeggen de Britse kustwacht pas ruim een uur na de schadevaring opgeroepen, om 21:12. Het door hem toen genoemde tijdstip van 08:50 was niet de tijd van de aanvaring maar de tijd van het uitzetten van het net.
[Persoon 7] verklaart dat hij na de oproep van de Ligrunn tegen de kustwacht heeft gezegd dat de Noor aan het liegen was. In de incident log van de kustwacht staat bij 20:07 GMT "new incident key pressed", bij 20:13 GMT de oproep van de Ligrunn en bij 20:23 GMT de oproep van de KW45 van [Persoon 7].
De rechtbank kan uit één en ander geen duidelijke conclusies trekken.
2.20 Uit de verklaring van schipper [Persoon 4] maakt de rechtbank op dat hij bij de trek van de TX19 in noordwestelijke richting de Ligrunn al heeft zien varen in de buurt van de KW45, dat hij deze schepen is gepasseerd, dat hij is doorgevaren, gekeerd en weer teruggevaren in de richting van de Ligrunn. Met het "bakkelijen" van de KW45 met de Ligrunn wordt kennelijk bedoeld dat de Ligrunn in de nabijheid van de KW45 overstak.
Volgens [Persoon 7] en [Persoon 6] voerde de Ligrunn bij de tweede maal voorlangs oversteken de vislichten rood boven wit. Die waren ontstoken na het eerste rondje van de Ligrunn.
Uit één en ander leidt de rechtbank af dat de Ligrunn toen al bezig was met rondjes varen.
Tussen het moment waarop de TX19 de Ligrunn eerst passeerde en het moment waarop de TX19 de Ligrunn na de draai uit tegenovergestelde richting naderde moet een flinke tijd zijn verlopen: de TX19 is naar zeggen van [Persoon 4] eerst naar schatting nog zo'n 3 mijl doorgevaren met een snelheid van 6,5 mijl per uur en na het rondgaan was het nog anderhalf à twee mijl tot bij de Ligrunn.
2.21 Volgens de plotkaarten van de Ligrunn, gevoegd bij de verklaringen van getuigen van dat schip werd omstreeks 19:28 begonnen met de rondjes, was het eerste rondje afgelegd omstreeks 19:38, werd omstreeks 19:48/19:50 begonnen met het uitbrengen van het net en was dit voltooid omstreeks 19:55/19:57. Tussen het eerste moment en het laatste verliep ongeveer een half uur.
2.22 Het voorgaande leidt tot de conclusie dat toen de TX19 uit de draai kwam, de Ligrunn haar ringnet al geheel of grotendeels had uitgebracht en nog maar zeer beperkt manoeuvreerbaar was en verder dat de Ligrunn toen de bijbehorende verlichting voerde, welke lichten kennelijk niet zijn opgemerkt door schipper [Persoon 4], hoewel [Persoon 4] volgens
[Gedaagde] de Ligrunn wel tijdig heeft gezien. Blijkbaar heeft hij niet beseft dat de Ligrunn een ringnetvisser was met een uitgezet ringnet. De TX19 was voorzien van ARPA-apparatuur waarmee het gevaar voor een aanvaring kon worden onderkend. De verplichting tot het houden van goede uitkijk met alle beschikbare middelen staat in Voorschrift 5 van de Internationale Bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee.
Op grond van Voorschrift 18 jº Voorschrift 3 onder d en g diende de TX19, toen zij de Ligrunn naderde, voor dat schip en haar ringnet uit te wijken, waarvoor de TX19 ook voldoende tijd had.
De door [Gedaagde] gestelde toedracht, waarbij de Ligrunn plompverloren haar net is gaan uitzetten in de vaarroute van de TX19 is niet komen vast te staan.
Dat de TX19 niet op tijd is uitgeweken doch tegen het ringnet is aangevaren levert daarom schuld op van de TX19.
2.23 Volgens de verklaringen van getuigen van de Ligrunn heeft men vanaf dat schip in de periode van zo'n 3 tot 5 minuten vóór de aanvaring naar de TX19 met één of twee schijnwerpers naar de TX19 geschenen, heeft men diverse malen via VHF-kanaal 16 naar de TX19 geroepen en heeft men ook geluidssignalen gegeven om deze te waarschuwen voor een aanvaring met het ringnet. De TX19 heeft daarop niet tijdig gereageerd.
De koerswijziging naar bakboord was te laat.
2.24 Gelet op de hiervoor genoemde omstandigheden kan aan de Ligrunn geen eigen schuld aan de aanvaring worden verweten, ook al had dit schip haar ringnet uitgezet in hetzelfde gebied waar ook enkele treilvissers met lange rechte trekken aan het vissen waren en ook al was dit uitgebrachte ringnet zelf niet in het water zichtbaar.
2.25 [Gedaagde] dient aan Libas de schade te vergoeden die het gevolg is van de aanvaring met het ringnet. Partijen zijn het daarover op verschillende punten oneens, zie ook het vonnis van 30 maart 2011 onder 5.19. Hoewel deze geschilpunten al wel door partijen zijn besproken en in dat verband ook een aantal producties is overgelegd, heeft het partijdebat zich vooral gericht op de toedracht en de schuldvraag. De rechtbank zal Libas in de gelegenheid stellen haar standpunt ten aanzien van de schade nader aannemelijk te maken, waarna [Gedaagde] daarop kan reageren. De zaak zal daartoe worden verwezen naar de rol.
3.1 verwijst de zaak naar de rol van woensdag mei 2013 voor conclusie aan de zijde van Libas;
3.2 houdt iedere verdere uitspraak aan.
Dit vonnis is gewezen door mr Van Zelm van Eldik en uitgesproken in het openbaar op
20 maart 2013.
10/32