ECLI:NL:RBROT:2014:2184
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- A.N. van Zelm van Eldik
- M. Fiege
- O.E.M. Leinarts
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen kantonrechter in civiele procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 19 februari 2014 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van een verzoekster tegen kantonrechter mr. V.F. Milders. Het verzoek tot wraking werd ingediend naar aanleiding van een comparitie van partijen die op 7 januari 2014 had plaatsgevonden. Verzoekster voelde zich benadeeld door de communicatie met de kantonrechter, die zij als stroef en ongemakkelijk ervoer. Ze stelde dat de kantonrechter niet onpartijdig was, omdat hij kritische vragen stelde en een voorlopig oordeel gaf over de kans van slagen van een bewijsopdracht. De kantonrechter had ook een standpunt ingenomen, waardoor verzoekster onvoldoende gelegenheid kreeg om haar zienswijze naar voren te brengen. De wrakingskamer heeft het verzoek beoordeeld en vastgesteld dat de kantonrechter in zijn rol als rechter niet onpartijdig was. De wrakingskamer oordeelde dat de kantonrechter het recht had om kritische vragen te stellen en dat het niet ongebruikelijk is om te proberen een minnelijke regeling te bewerkstelligen. De wrakingskamer concludeerde dat er geen zwaarwegende aanwijzingen waren voor een vooringenomenheid van de kantonrechter. Uiteindelijk werd het wrakingsverzoek afgewezen, en de rechtbank oordeelde dat de communicatie tussen de kantonrechter en verzoekster niet voldoende was om te concluderen dat de kantonrechter niet onpartijdig was. De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer voor wrakingszaken, bestaande uit drie rechters.