Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[Gedaagde 1],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 14 augustus 2013
- het proces-verbaal van comparitie van 16 december 2013
- de akte houdende uitlating op de vermeerderde eis in reconventie van [W Holding B.V.]
- de akte uitlaten na comparitie van [beide gedaagden]
- de brief van [W Holding B.V.], ingekomen ter griffie op 10 januari 2014.
2.De feiten
- Offerte aan SkyDec B.V. (…). Deze heeft een naamswijziging ondergaan en de statutaire naam is tegenwoordig SkyDec Holding B.V.
- Hoofdelijk medeschuldenaarverbintenis getekend door [W Holding B.V.]
- Vermogensverklaring
Bij vonnis in kort geding van 20 december 2012 bent u (ieder, hoofdelijk) veroordeeld om zich er binnen vier weken na betekening van dit vonnis maximaal voor in te spannen, dat cliënt [W Holding B.V.] wordt ontslagen uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid jegens de Rabobank Rotterdam. Dit vonnis is op 21 december 2012 betekend en u had derhalve uiterlijk op 18 januari 2013 aan dit vonnis moeten voldoen.
- De door de extern accountant opgestelde halfjaarcijfers 2013
- De interne cijfers 2013Q3
- De prognose voor geheel 2013.
Het krediet EUR 250.000,00 op rekening [xxx.xx.xxx] wordt per maand met
3.Het geschil
in conventie
- hoofdelijke veroordeling van [beide gedaagden] om binnen 10 dagen te bewerkstelligen dat de Rabobank haar uit haar hoofdelijke aansprakelijkheid jegens die bank ontslaat in het bijzonder voor de verplichting van [W Holding B.V.] vervat in de “hoofdelijke medeschuldverbintenis” d.d. 15 juli 2006 ad € 610.000, op verbeurte van een dwangsom;
- te bepalen dat [beide gedaagden] hoofdelijk een bedrag aan dwangsommen verschuldigd zijn op basis van kort geding vonnis 1 van € 75.000;
- te bepalen dat [beide gedaagden] hoofdelijk gehouden zijn om de schade die [W Holding B.V.] als gevolg van hun tekortkoming in de nakoming van de vaststellingsovereenkomst, in het bijzonder artikel 8, aan [W Holding B.V.] te vergoeden, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
- Tijdens de onderhandelingen over de aandelenoverdracht heeft [betrokkene 2] namens [beide gedaagden] reeds aan mr. De Groen namens [W Holding B.V.] meegedeeld dat het de vraag was of de Rabobank bereid zou zijn om haar zekerheden op te geven (zie 2.4);
- Uit onderdeel E van de considerans van de vaststellingsovereenkomst volgt dat partijen er van uit gingen dat door [betrokkene 1] en/of [W Holding B.V.] zekerheid was verstrekt tot een bedrag van maximaal € 80.000 (zie 2.7).
- In artikel 8 van de vaststellingsovereenkomst staat vermeld dat [beide gedaagden] zullen bewerkstelligen dat [betrokkene 1] en Van [W Holding B.V.] ten spoedigste maar uiterlijk binnen twee weken zullen worden ontslagen uit hun hoofdelijke aansprakelijkheid, als bedoeld in de Considerans onder E. Daarbij ging het derhalve om een zekerheid van maximaal € 80.000;
- [W Holding B.V.] ging er van uit dat er geen zekerheidstelling meer jegens de Rabobank bestond en dat het een theoretische kwestie was (zie 2.8);
- Dat [W Holding B.V.] zich hoofdelijk aansprakelijk had gesteld voor een bedrag van € 610.000 (zie 2.2.) realiseerden partijen zich eerst enkele maanden later (zie 2.9 tot en met 2.13);
- Zowel [beide gedaagden] als [W Holding B.V.] hebben zich laten bijstaan door (juridische) deskundigen.
Voor zover [beide gedaagden] - tevens ter gelegenheid van de comparitie – zich op het standpunt hebben gesteld dat [W Holding B.V.] eerder in de procedure heeft erkend dat het rekening-courant krediet niet onder de hypothecaire zekerheid valt, wordt overwogen dat deze kwestie relevant is in de relatie tot de Rabobank en niet voor partijen onderling.
hebben [beide gedaagden] inmiddels een minnelijke regeling bereikt. Het beslag blijft op het pand rusten zolang het schikkingsbedrag niet volledig aan [betrokkene 7] is betaald. Daarbij komt nog dat gesteld noch gebleken dat het in verkoop zetten van het bedrijfspand ertoe zou hebben geleid dat het pand op 18 januari aan een derde zou zijn verkocht, laat staan geleverd.
griffierecht € 863
advocaatkosten
€ 904(2 punten (cva, cvp en akte uitlaten) x tarief II ad € 452)
€ 1.767
=========
advocaatkosten ad € 452 (2 punten (cve en cvp) x tarief II ad € 452 x 1/2).