ECLI:NL:RBROT:2015:1741
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontslag van een leraar op basis van disfunctioneren en gewichtige redenen
In deze zaak gaat het om het ontslag van een leraar, eiser, door Stichting Onderwijsgroep Galilei, verweerster, op basis van disfunctioneren en gewichtige redenen. Eiser was sinds 1984 in dienst en werd in 2012 overgeplaatst naar een andere school vanwege een conflictsituatie. Verweerster stelde dat eiser disfunctioneerde, maar eiser betwistte dit en voerde aan dat hij niet op de hoogte was van klachten over zijn functioneren. De rechtbank oordeelde dat verweerster niet voldoende had aangetoond dat eiser disfunctioneerde. De rechtbank merkte op dat de rechtmatigheid van de overplaatsing niet ter discussie stond en dat de klachten over eiser onvoldoende concreet waren om tot ontslag te leiden. Eiser had ook geen begeleiding gekregen die hem was toegezegd en de rechtbank vond dat verweerster ten onrechte disfunctioneren aan het ontslag ten grondslag had gelegd. Subsidiair had verweerster ontslag verleend op grond van gewichtige redenen, namelijk een impasse in de samenwerking. De rechtbank oordeelde dat deze impasse terecht was vastgesteld, gezien de problemen die op twee scholen waren ontstaan. Eiser had geweigerd mee te werken aan een assessment dat bedoeld was om twijfels over zijn geschiktheid weg te nemen. De rechtbank concludeerde dat verweerster in redelijkheid van haar ontslagbevoegdheid gebruik had kunnen maken. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard.