In deze zaak vordert Fender Trade B.V. (eiseres) betaling van Nordsildmel Innovation AS (gedaagde) voor liggeld en schadevergoeding in verband met bevrachtingsovereenkomsten. De rechtbank Rotterdam heeft op 10 juni 2015 uitspraak gedaan in deze civiele procedure. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. B.E. Volker, stelt dat er een bevrachtingsovereenkomst is gesloten voor het binnenvaartschip 'Ferramenta' en dat Nordsildmel in verzuim is met de betaling van liggeld en havengeld. Daarnaast vordert Fender Trade schadevergoeding voor de niet uitgevoerde reis van het schip 'Avalon' en andere transporten in 2014. De gedaagde, vertegenwoordigd door advocaat mr. V.R. Pool, betwist de vorderingen en stelt dat er geen raamovereenkomst tot stand is gekomen voor de bevrachting van binnenvaartschepen in 2014.
De rechtbank oordeelt dat er wel een bevrachtingsovereenkomst voor de 'Ferramenta' tot stand is gekomen, maar dat er geen raamovereenkomst voor de 'Avalon' is gesloten. De rechtbank wijst de vorderingen van Fender Trade voor het liggeld en de beslagkosten toe, maar wijst de vorderingen voor schadevergoeding af. De rechtbank concludeert dat Nordsildmel moet betalen aan Fender Trade, inclusief wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten. De proceskosten worden ook aan Nordsildmel opgelegd, aangezien deze partij in het ongelijk is gesteld.