Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 3 oktober 2014 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het tussenvonnis van 30 december 2014, waarin een comparitie van partijen is gelast;
- de akte tot schorsing en hervatting van het geding van Rotterdam Cool, ingekomen ter griffie op 28 januari 2015;
- de aantekeningen van Rotterdam Cool ten behoeve van de comparitie van partijen;
- de akte overlegging producties, tevens wijziging van eis van Rotterdam Cool ten behoeve van de comparitie van partijen;
- het proces-verbaal van de op 11 februari 2015 gehouden comparitie van partijen;
- de akte na comparitie van Saturn ten behoeve van de rolzitting van 9 maart 2015;
- de akte na comparitie, tevens akte vermeerdering van eis, van Rotterdam Cool, met producties;
- de akte houdende uitlaten akte na comparitie en eisvermeerdering van Saturn ten behoeve van de rolzitting van 19 mei 2015;
- de rolbeslissing van 28 mei 2015, en
- de antwoordakte van Rotterdam Cool.
2.De vaststaande feiten
indien het gehuurde deel uitmaakt van een winkelcentrum of winkelstraat tenminste gedurende de door verhuurder, na overleg met huurder, te bepalen reguliere openingstijden. Bij aanwezigheid van een winkeliersvereniging stelt verhuurder de reguliere openingstijden vast na overleg met die vereniging. Wat betreft ruimere openingstijden, koopavonden en koopzondagen zal huurder zich conformeren aan besluiten dienaangaande van de winkeliersvereniging en bij het ontbreken daarvan aan die van verhuurder. De aan de ruimere openingstijden verbonden kosten zijn voor rekening van de huurders die van de ruimere openingstijden gebruik (moeten) maken.
Indien het gehuurde geen deel uitmaakt van een winkelcentrum of winkelstraat gedurende de gebruikelijke openingstijden voor vergelijkbare ruimten.’