Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 9 oktober 2013
- het proces-verbaal van comparitie van de comparitie van partijen van 20 november 2013;
- de brief van 23 juni 2014 namens de man;
- de brief van 7 juli 2014 namens de vrouw.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie en in reconventie:
- de helft van de waarde van de opgenomen bedragen aan de vrouw vergoedt, en
- de schulden voor zijn rekening neemt en tot slot
- dat de man de helft van de aan de echtelijke woning verbonden lasten vanaf december 2010 aan de vrouw vergoedt.
4.De beoordeling
In conventie en in reconventie:
23 juni 2011het verzoek tot echtscheiding ingediend, zodat de gemeenschap per die datum is ontbonden. Zo partijen al in onderling zouden kunnen afwijken van de wettelijke peildatum, kan dit niet meebrengen dat een datum wordt bepaald die na het einde van het huwelijksgoederenregime is gelegen.
5.De beslissing
indienpartijen dit bewijs wil leveren door het doen horen van getuigen, deze zullen worden gehoord in het gebouw van deze rechtbank voor de rechter-commissaris mr. C.G. van de Grampel;