Uitspraak
[verdachte],
- bewezenverklaring van het tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van vijftien maanden.
Nu de rechtspersoon om voormelde redenen niet kan worden vervolgd, is het openbaar ministerie evenmin ontvankelijk in de strafvervolging tegen de verdachte.
op of omstreeks24 april 2008,
,verdachte, feitelijke leiding heeft gegeven.
Verschoningsrecht notaris
- D-001: een afschrift van een op 24 juni 2004 voor de notaris verleden akte overdracht van aandelen;
- D-002: een op 18 juni 2004 gedateerde koopovereenkomst aandelen;
- D-003: een op 18 juni 2004 gedateerde, op de onder D-002 bedoelde overeenkomst, aanvullende overeenkomst, genoemd de vaststellingsovereenkomst annex sideletter (hierna: de sideletter) met betrekking tot de overdracht van aandelen;
- D-011: een concept van de onder D-003 bedoelde sideletter.
Voorts heeft de verdachte, zowel pro se als in zijn hoedanigheid van bestuurder van de (medeverdachte) vennootschap [verdachte rechtspersoon], zowel in de onderhavige strafzaak tegen hem en genoemde vennootschap als in een eerdere fiscale procedure van die vennootschap, de stelling betrokken dat hij ten tijde van het door hem namens genoemde vennootschap doen van de in de tenlastelegging bedoelde aangiften vennootschapsbelasting over de jaren 2004 en 2005 mocht menen dat het “uiteindelijke belang” als bedoeld in artikel 20a Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 in [verdachte rechtspersoon] niet in belangrijke mate was gewijzigd, ter ondersteuning van welke stelling hij heeft verwezen naar (de inhoud van) de in voormelde sideletter vastgelegde (nadere) afspraken.
Ook dit verweer wordt verworpen. Het document, alsmede al hetgeen dat met behulp hiervan aan bewijsmiddelen is vergaard, kan voor het bewijs worden gebezigd.
Het proces-verbaal van verhoor van de verdachte
Als gevolg van zijn diabetes is de verdachte na zijn aanhouding, tijdens de
“Als mijn advocaat op zitting zit, heb ik geen behoefte om vooraf overleg te hebben met mijn advocaat. Ik heb van u gehoord dat het om 2004 en 2005 gaat, ik denk dat ik dat zelf wel kan pareren. Als het om die aangiften gaat zijn we toch snel klaar. Ik ga er van uit dat u op een eerlijke manier zaken doet en dat u niet probeert ‘goedkoop’ te scoren ten koste van mij. Dus wat mij betreft kunt u wel met het verhoor starten.”Ter afsluiting van het verhoor vroegen de verbalisanten aan de verdachte of hij nog opmerkingen of aanvullingen had, waarop de verdachte verklaarde:
“Nee, ik denk dat alles er wel staat zoals het is. Ik ben vandaag tijdens het verhoor correct behandeld. Ik heb voldoende gelegenheid gehad om te eten, te drinken en medicijnen tot me te nemen.”
Bij de wet voorziene aangifte gedaan?
Zijn de aangiften onjuist of onvolledig?
Voorts is in de aanvullende overeenkomst een opschortende voorwaarde opgenomen, waaruit volgt dat de levering van de resterende vijfenzeventig procent van de aandelen eerst zou plaatsvinden nadat de vennootschap niet meer zou beschikken over compensabel verlies. De belastingkamer van de rechtbank heeft bij uitspraak van 4 januari 2012 geoordeeld dat de inspecteur aannemelijk had gemaakt dat het belang in belangrijke mate was gewijzigd. [verdachte rechtspersoon] tekende tegen deze uitspraak hoger beroep aan.
Is er sprake geweest van opzet?
Dat de verdachte over voldoende kennis van en inzicht in de aard, betekenis en gevolgen van voornoemde overeenkomsten beschikte, blijkt uit hetgeen hij tijdens zijn verhoor door de FIOD-verbalisanten heeft verklaard. De verdachte verklaarde toen immers onder meer dat hij wist dat [vennootschap 1] voor het totale aandelenpakket van [verdachte rechtspersoon] het bedrag van € 225.000 had betaald, dat hij feitelijk te vereenzelvigen was met [vennootschap 1] was, dat [betrokkene] vanaf 2004 geen zeggenschap meer had in (het toen nog geheten) [vennootschap 2], dat hij, de verdachte, de volledige zeggenschap had en dat hij, de verdachte, vanaf 2004, via [vennootschap 1], de onderneming binnen [verdachte rechtspersoon] heeft gerund. Op de vraag waarom een sideletter moest worden opgesteld, is de verdachte het antwoord schuldig gebleven. Maar op de vraag waarom de overdracht van 75% van de aandelen werd uitgesteld, heeft de verdachte geantwoord:
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
proeftijd, die hierbij wordt gesteld op
2 (twee) jaren, zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.