Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[eiser1] ,
[eiser2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 13 mei 2015, alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- het proces-verbaal van de comparitie van 7 juli 2015;
- de brieven van mr. Van den Herik d.d. 21 juli 2015 respectievelijk mr. Olijslager d.d. 23 juli 2015 die geacht worden aan het proces-verbaal te zijn gehecht, alsmede de brief van de griffie daarover van 5 augustus 2015.
2.De feiten
(…) Naar aanleiding van uw bericht uit de vergadering van 21 juni jl. waarin wij lezen dat u bereid bent hulp te bieden aan ondernemers van Bakker Bart, vragen wij hierbij uw hulp inzake de opzegging franchise en huurcontract door [bedrijf] per 30 september 2011. (dat is dus over 3 maanden).
(…) Zoals net telefonisch besproken, zal ik mijn bevindingen geven over de exploitatie die door [bedrijf] is opgesteld. Ten eerste valt de lage verkoopprijs van de winkel op. Deze lijkt mij helemaal niet reëel. De lage verkoopprijs komt tot stand door een negatieve goodwill van € 95.000,00 die wordt opgenomen. Om dit verder te onderzoeken zou hiervan de berekening/onderbouwing opgevraagd kunnen worden.
3.Het geschil
4.De beoordeling
5.De beslissing
26 augustus 2015voor uitlating door eisers of zij bewijs willen leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en /of door een ander bewijsmiddel,
bewijsstukkenwillen overleggen, die stukken direct in het geding moeten brengen,
getuigenwillen laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden oktober 2015 tot en met maart 2016 direct moeten opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald,
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,