In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 13 februari 2015 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Evides Drinkwater B.V. en de Organisatie voor Bewindvoering & Insolventie Nederland (OBIN) B.V. als bewindvoerder van Monique, de materieel gedaagde. Evides vorderde betaling van een bedrag van € 1.747,50 aan hoofdsom en bijkomende kosten, alsook de mogelijkheid om de drinkwaterlevering aan de materieel gedaagde te onderbreken wegens wanbetaling. De materieel gedaagde was onder bewind gesteld, waardoor zij processueel onbekwaam was. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Evides de materieel gedaagde had gedagvaard in plaats van OBIN, wat leidde tot een niet-ontvankelijkheid van de vordering. Echter, na een rolbeschikking heeft de kantonrechter Evides in de gelegenheid gesteld OBIN alsnog als formele procespartij op te roepen. De vordering van Evides werd uiteindelijk toegewezen, met de bepaling dat OBIN als bewindvoerder de kosten van de procedure moest vergoeden. De kantonrechter heeft ook de mogelijkheid verleend aan Evides om de drinkwaterlevering te onderbreken indien de materieel gedaagde niet aan haar betalingsverplichtingen voldeed. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor partijen om de juiste procespartijen te dagvaarden, vooral in gevallen van bewind.